Vandaag is een dag van nationale rouw afgekondigd voor de slachtoffers van de aanslag op MH17. Nauwgezet verslaan journalisten de laatste tocht naar huis voor (een deel van) de slachtoffers. Vandaag even geen politiek, maar bewondering voor de speech van Frans Timmermans in de VN en premier Mark Rutte die het hoofd koel wist te houden. Politiek bestaat deze week even niet. Toch? Hoe wrang dan ook: deze dag is politiek.
Waar normaal bij politiek de tegenstellingen in belangen van individuen samenkomen, zijn zij vandaag op een lijn. Een zeldzaam iets: het politieke equivalent van een zonsverduistering. Dit gevoel van saamhorigheid is alleen te vinden in tijden van crisis. Ook bij ons, nuchtere Nederlanders. Sinds gisteren scharen wij ons als volk pal achter de leiders des land. Dit mechanisme heeft een naam, het rally around the flag-effect. Zo was 9/11 tenslotte de reden waarom president Bush Jr. ooit iets van populariteit heeft gekend en vonden de Amerikanen president Clinton een stuk liever na de aanslagen in Oklahoma. Wanneer onschuldige burgerslachtoffers vallen, vergeten we even hoe erg het met de werkloosheid is, hoe hoog de inflatie en hoe stom wij eigenlijk onze politici vinden.
Sterker nog, in tijden van collectieve rouwverwerking borrelen bepaalde kenmerken van groepsdenken direct omhoog. Zoals een overheersende groepsmoraal, en de noodzaak die sommigen voelen om verdwaalde schapen in het gareel te houden. In het gareel van saamhorige ‘gepastheid’, wat dit ook moge zijn. Voor het gemak vergeten we even dat enkele dagen geleden Mark Rutte nog een slappe vaatdoek was, omdat hij zijn inspanningen samenvatte als “wij zijn met elkaar in contact om te praten over de verschillende gesprekken die we voeren, ook met de Russen”. En dat we Timmerfrans (wederom) een pedante lul vonden toen hij (terecht) stomverbaasd vroeg aan journalisten die ‘een vuist op tafel’ wilden: “Wat wilt u dat ik doe? Moeten wij soms tanks sturen?” Enkele dagen terug wilde wij geen stevige telefoongesprekken, maar een kabinet wat stevig doorpakte – verdomme nog an toe.
Toen de nood het hoogste was, bleek de politieke redding nabij: een speech in de Verenigde Naties, koeltreinen die begonnen te rijden en OVSE-waarnemers die werden toegelaten. Ineens was diplomatie het antwoord, begreep iedereen dat een A-team sturen geen optie was en was er volle begrip voor de het fenomeen ‘onderhandelen met lokale separatisten’. Gelukkig maar dat onze leider het hoofd koel hield. Hij hield het hoofd zo koel, dat hij besloot een dag van nationale rouw af te kondigen – iets wat voor het laatst gebeurde toen prinses Wilhelmina werd begraven in 1962. Nationale rouw. Iets wat enkele dagen geleden niet meer ‘des Nederlands’ was volgens Rutte, en voornamelijk voorkwam in meer autoritaire regimes. Iets wat veertig jaar terug gedag is gezegd omdat het zou botsen met individuele grondrechten. Een dergelijke dag is nu afgekondigd door een liberale premier.
Inspringend op de trend van collectieve rouwverwerking (geen ramp of ongeluk zonder stille tocht, condoleanceregister of bloemenzee) lijkt deze dag de kers op taart van het rally around the flag-effect. Deze collectieve rouwverwerking is uiteraard maar tijdelijk. De ervaring leert dat rally-effecten gemiddeld een maandje duren. Een maand hebben we nodig om te beseffen dat het eigenlijk allemaal net zo kut is als voorheen. Wanneer bijvoorbeeld zal blijken het wel heel lang duurt voordat de lichamen worden geïdentificeerd, of dat bepaalde lichamen in zijn geheel niet teruggevonden zijn. Dan zijn we met zijn alleen weer onverbiddelijk en zijn onze politici hier verantwoordelijk voor en ‘hadden ze het moeten zien aankomen’. Het is dan een kwestie van tijd voor de eerste oppositiepartij hier gretig op inspringt en in meeslepend politiek proza etaleert waarom het kabinet zo heeft gefaald.
Hoe wrang het ook is: ook deze dag is politiek.