Het stond als gewoon nieuwsberichtje op het web. “Beloningen onderwijsbestuurders bevroren”. Alsof het een gewoon onderhandelingsresultaat was, net zoiets als 2,5 procent erbij voor de kappers-CAO. Terwijl het een hoogst schandalig bericht was. Niet dat het slecht is dat ze nu bevroren worden, maar het is belachelijk dat falende onderwijsbestuurders 233.666 euro mee naar huis kunnen nemen. Onderwijsbestuurder is waarschijnlijk de minst nuttige beroepsgroep van Nederland. Het zijn lieden die de mega-onderwijsinstellingen besturen. Die grote fusiemolochen waar niemand blij mee is, maar die uit efficiency oogpunt toch doorgezet worden. Bij die efficiency wordt nooit de kwaliteit van onderwijs genoemd, maar dat terzijde.
Het zijn de faalbazen van HBO-instellingen, die diploma’s uitdelen wanneer ze willen, zonder tegenprestatie Of het zijn de weggepromoveerde politici die universiteiten leiden om daar vervolgens studenten te censureren. Wat doen die bestuurders eigenlijk de hele dag? Je mag hopen dat ze het onderwijs zelf aan de professionals overlaten. Een onderwijsinstelling beheert een hoop geld, maar dat kunnen ze voor het grootste deel niet vrij besteden. En een nieuw gebouw kopen en betrekken doe je ook niet iedere dag.
Democratische controle
Deze onderwijsbestuurders trekken dus 130 procent van het salaris van de ministerpresident naar binnen. Dat is tweehonderdrieendertig duizend en zeshonderdzesenzestig euro per jaar. En dat zonder dat ze enige verantwoording af hoeven te leggen. Er is nauwelijks democratische controle op onderwijsbestuurders, behalve in hun eigen hoofd. Niemand controleert ze dus. Er is ook niemand die ons kan uitleggen waarom een onderwijsbestuurder zoveel verdient. Blijkbaar zijn het grote talenten die voor hun grote talenten moeten worden betaald. Mind you: leraren verdienen gemiddeld zo’n 45.000 euro per jaar. Leraren, de mensen die iedere dag kinderen lesgeven, verdienen dus zes keer minder dan een onderwijsbestuurder. Waarom precies hebben zij recht op meer salaris dan Mark Rutte?
Die laatste zei nog voor de verkiezingen van juni dat hij het leraarschap in ere wilde herstellen. Dat kan niet zonder een significante loonsverhoging, voor de leraar welteverstaan. Want waarom zou je in het onderwijs gaan of erin blijven als je ook bestuurder kan worden? Stukken makkelijker en minder werk voor veel meer geld. Tel uit je winst.
Laten we hopen dat het misbaksel dat onderwijsbestuurder heet snel uit de samenleving verdwijnt. Natuurlijk, iemand moet de baas zijn. Maar dat kan ook voor minder geld, of tenminste met een deugdelijke controle door belanghebbenden. Of zet er een roulerende leraar neer. Daar kun je er dan nog vijf van aannemen voor hetzelfde geld.