Medisch specialisten in opleiding worden tegenwoordig streng beoordeeld op hun functioneren. Dat is maar goed ook, want in een beroep met zoveel verantwoordelijkheid moet de kans op disfunctioneren tot een minimum worden beperkt en is iedere minkukel er één teveel. Op verjaardagen hoor je nog te vaak horrorverhalen over verkeerd geamputeerde lichaamsdelen en dodelijke ziektes die worden afgedaan met “ach, kijk het nog maar even aan, het zal wel een griepje zijn”. Ook communicatief valt er hier en daar nog wel wat bij te schaven:”toen de buurvrouw de diagnose kanker te horen kreeg en in tranen uitbarstte zei de specialist: Kom, kom mevrouwtje, u bent heus niet de enige met kanker”.
Het medisch tuchtcollege heeft zijn handen vol aan disfunctionerende collegae, waarbij psychiaters helaas nog steeds het meeste risico lopen op een klacht. Als academisch psychiater is het één van je taken om psychiaters op te leiden tot vakbroeders waar je familie en vrienden met een gerust hart naar toe zou verwijzen.
Afgelopen vrijdag moest ik één van onze psychiaters in opleiding beoordelen op zijn functioneren. Dezelfde dag bleek uit een onderzoek van het bureau Ipsos dat een meerderheid van de ministers op het niveau van een onvoldoende functioneert. Nu zijn het volgens mij gewoon maar een aantal kiezers die een cijfer mogen uitdelen, dus misschien valt het allemaal reuze mee. Waarschijnlijk zijn de mensen meer met hun hoofd bij de ware Pinkstergedachte of het naderend WK en hoe ze alsnog een juichpak kunnen bemachtigen, dan bij het punten toekennen aan hoogwaardigheidsbekleders.
Wij daarentegen beoordelen de aanstormend medisch specialisten aan de hand van een systeem waarin een aantal belangrijke competenties worden getoetst. Het is een transparante, eerlijke en systematische manier om iemands functioneren te beoordelen en te evalueren of iemand in de loop van de tijd verbetert bij eventueel disfunctioneren op bepaalde domeinen. “De veranderende maatschappij stelt meer vragen, roept artsen ter verantwoording en eist transparantie”, is één van de achterliggende gedachten om artsen strenger te beoordelen. De vraag is natuurlijk of deze vlieger uitsluitend voor artsen opgaat.
Mogelijk dat topbestuurders, hoogwaardigheidsbekleders, oftewel een ieder met een grote verantwoordelijkheid voor het welzijn van mens en maatschappij baat zou kunnen hebben bij ons medisch competentiemodel?
Een aantal voorbeelden. De competentie communicatie. Als arts word je geacht om een effectieve behandelrelatie met je patiënten op te bouwen, waardoor informatieoverdracht omtrent aandoeningen en behandelopties vlekkeloos verloopt. Bij bestuurders zou je kunnen denken aan het opbouwen van een goede relatie met je kiezers, de mensen die jou het vertrouwen hebben gegeven om hun belangen te behartigen, of de mensen wiens geld je direct of indirect beheert. Je zorgt ervoor dat de mensen op het juiste moment de informatie krijgen waar ze recht op hebben en je vergewist je er van dat ze deze informatie ook echt begrijpen.
Een andere competentie betreft kennis en wetenschap. Als medisch specialist word je geacht deskundig te zijn op je vakgebied, kritisch om te kunnen gaan met medische informatie en je kennis up to date te houden. Deze competentie is misschien minder realistisch: onze bestuurders zijn tegenwoordig werkelijk van alle markten thuis, dus specifieke kennis bijhouden is dan eigenlijk niet te doen. Besturen is blijkbaar zo abstract geworden dat het in feite ook niet meer uitmaakt wie of wat je bestuurt en inhoudelijke kennis, ach daar heb je mensen voor.
Maatschappelijk handelen is een competentie naar mijn hart. Je wordt geacht een bijdrage te leveren aan de gezondheid van de gemeenschap als geheel en treedt adequaat op bij incidenten, dus geen doofpotten en elkaar de hand boven het hoofd houden. Ook handel je volgens de relevante wettelijke bepalingen: je kleurt netjes binnen je professionele lijntjes.
De belangrijkste competentie is misschien wel professionaliteit: op integere, oprechte en betrokken wijze je vak uitoefenen. Als bestuursvoorzitter van een woningbouwcoöperatie rondrijden in een Maserati is vast flamboyant, maar misschien wat minder professioneel?
Enfin, mijn psychiater in opleiding moet hard trekken aan de competentie communicatie. Ik weet dat hij alles op alles zet om een goede psychiater te worden: overwerken, veel feedback vragen en een extra coachings-traject. En onze bestuurders? Ach, ik realiseer me opeens dat mijn goedbedoelde advies kant nog wal raakt: ze zijn waarschijnlijk aangesteld juist omdát ze zo competent zijn.