Zomaar een dag. Lunchpauze houdend. “Ik heb pasteitjes gemaakt, wil je ook?” “Wat zit er in die pasteitjes?” “Gewoon. Kip.” “Nee, dank je wel“ “Jawel, lekker joh, néém!” “ Nee, ik eet geen vlees” Verontwaardigd, wenkbrauwen omhoog, soms handen voor de mond slaand: “Geen vlees? Helemaal geen vlees?!! Bizar. Ook geen kip en frikadellen enzo? Waarom niet? Is toch lekker, ik zou geen dag zonder vlees kunnen, ik snap jou niet, hoor. My fucking god. Maar oké, waarom niet?”
Albert Einstein. Leonardo da Vinci. Isaac Newton. Een kleine greep uit de Vleeschloze Intellecten. Ik vraag me weleens af: hebben zij zichzelf ook zo moeten verdedigen? En die discussies. Die eeuwige discussies. Het gedram over wat ik wel en niet zou moeten eten. Ik ben me er in de afgelopen jaren bewust van geworden dat iets wat ‘anders’ is mensen op de een of andere enge manier bezighoudt, op het hysterische af, alsof hun eigen leven zo zwaar triest is dat ze wachten op iemand die ze komt verlossen met iets… spannends. Ondanks mijn minuscule voorraad geduld, probeer ik die types vaak netjes uit te leggen waarom ik al sinds mijn twaalfde geen vlees consumeer. Maar soms. Heel soms, trek ik het niet meer en zou ik deze individuen beschaafd willen fileren met een woordenkanon.
Misschien zoiets: “Ik eet geen vlees, labiele, laaggeletterde snee, omdat ik het in de eerste plaats zwaar prehistorisch en egoïstisch vind dat, ook al zijn er genoeg alternatieven voor de voedingsstoffen die men claimt te gaan tekortkomen als ze stoppen met vlees, dieren alsnog op een gruwelijke en absoluut inhumane manier worden afgeslacht. En dan nog niet te reppen over de weg naar het slachthuis toe, wat al begint bij het inladen van de veewagens. De koteletjes komen vaak uit het buitenland en hebben een killing reis ondergaan met botbreuken, die ze van de amusante chauffeur van het vehikel hebben gekregen. Het stuk vlees waar jij dus iedere dag zo op loopt te geilen en je kind mee volpropt, smaakt mij om die reden dus überhaupt al niet.
Daarnaast is er wetenschappelijk aangetoond dat geen vlees, of in ieder geval een paar keer in de week minderen, beter is voor de gezondheid. Er zitten zoveel hormonen en antibiotica in het vlees dat ik me bijna afvraag hoe jij zwanger hebt kunnen worden, laat staan het mormel te baren dat jij nu zit vol te proppen met een kistkalf. En maar zeiken over kanker, obesitas, je puisterige kop of je diabetes mellitus. Gaat er wellicht een belletje rinkelen waarom ik ooit eens de keuze heb gemaakt om te stoppen met het eten van vlees? Buiten het simpele feit dat ik van dieren hou, ik bedoel, leuk hoor die Stafford die je daar bij je hebt, maar leg je die ook op de grill als hij straks je schelle stemgeluid weer negeert en onder een auto dendert? Nee?! Waarom niet? Is toch lekker?!”
Maar wellicht is dat iets te vijandig. Voor ik het weet ben ík de gek.
Cilla Zwarts- Voogd eet geen lijken, niet van dieren althans. Ze blogt bij CillaBlacks.com, houdt van babyeendjes en pluizigheid en is soms dingen ZAT. En nee. Ze is geen 2.0 hippie.