Oorlogen mogen niet vergeten te worden, want de mogelijkheden om verhalen ‘achter de half kapot geschoten mens’ weer te geven zijn dankzij de ‘eindeloze mogelijkheden van video, podcast en chat een zegen’. Speciaal ‘om de wereld van daar naar die van u te brengen’, aldus internetsufferdje de Correspondent.
Terwijl ik het optik stijgt mijn bloeddruk wederom tot ongekende hoogte en krijg ik een zekere druk op mijn borst. Iets met ergernis. Tijdens de discussies met de ‘we moeten iets doen, ik weet niet wat, weet niet hoe een air strike er uit ziet, laat staan een F16 maar het is in ieder geval iets’-mensen over de (nog steeds in volle gang zijnde) Syrische burgeroorlog heb ik mij enigszins ingehouden, maar dit slaat werkelijk alles. Het is de Oxfam Novib’isering van conflict door humanitaire hipsters die met Wereldwinkel-knapzak volgepropt met eindeloos dure technieken (overigens in elkaar gepunnikt door kinderhandjes aan eindeloos lange assemblylines) op pad te sturen naar arme paupers in net zo arme pauperlandjes. Want iemand met een gat in zijn hoofd in oorlog, dat is heel erg. Oh oh oh, wat is oorlog erg. Wat een waanzin hè? Nou! Het was zo’n lief meisje, dat meisje met dat gat in haar hoofd.
Het is het dehumaniseren van oorlog door de meest extreme vorm van onschuld op te zoeken: in dit geval een lief meisje met een gat in haar hoofd, in de Vietnam oorlog waren het napalm-kinderen, in de Balkanoorlog kinderen die om veiligheidsredenen in de badkuip moesten slapen. De wanhopige zoektocht naar de onschuld in de waanzin lijkt sterk op de ontkenning dat oorlog ook maar gewoon mensenwerk is. In burgeroorlogen is het immers na twee jaar al lastig om daders en slachtoffers uit elkaar te houden – het is vrij makkelijk om het overzicht te verliezen wanneer iedereen elkaar afmaakt, puur en alleen om te overleven. Maar dat wil er bij met name progressieve Westerlingen niet zo snel in, want oorrrrjlog is natuurlijk bizarrrj en kapót errrjg. Daarom willen wij zó graag slachtoffers zien.
Getuige zijn van de clash tussen het Goede tegen het Kwade. De armen in de lucht gooiende keuterboer die er zo aandoenlijk bij staat in dat glooiende Afrikaanse Lion King-landschap en zich hardop afvraagt waar die VN nou blijft, dat werk. En met de mogelijkheden van social media is deze boodschap eindeloos te herhalen, dus komt u maar even meneerrrj, even voor de camera met uw leedverhaal. Zo. Hier. Nee, in het bolletje praten meneer – en even zeggen dat we in de Naboe-bergen zitten nu, ja zo ja. Kijk eens wat er gebeurt jongens? Erg hè? Die arme meneer, helemaal in zijn eentje op dat droge akkertje in Darfur? Zielig hè? Ja heel erg. En nu niet kunnen slapen en je schuldig voelen!
Want stel je voor dat je de waanzin van oorlog daadwerkelijk gaat overbrengen. Dat de zeis van de keuterboer de avond ervoor nog in de schedel van zijn buurman lag begraven omdat deze bij de verkeerde stam hoorde, omdat Darfur tenslotte tenslotte maar één van de momenteel vijf woekerende conflicten in Sudan is. Stel je voor dat je de lezertjes laat beseffen dat ook zij die zeis in iemands hoofd zouden kunnen begraven, dat ook zij die knop van een drone zouden kunnen indrukken, dat ook zij – beschaafde brave burgers – waanzinnig zouden kunnen worden. Dat oorlog doodgewone mensen ongewoon gruwelijke dingen laat doen. Maar nee, hè bah – want zoals zo vaak bij die totaal verknipte generatiegenoten van mij bestaat er een haast censurerende terreur om vooral alles boeiend en fascinerend en hyperbolisch-leuk te houden. Zelfs oorlog is blijkbaar om te toveren tot een Tinder-meisjes-tumblr.