Vorige week werd ik gebeld door een mevrouw van de omroep: wat ik als psychiater van de bezuinigen in de GGZ vind. Ik kan daar heel kort over zijn: een testimonium paupertatis, oftewel: een bewijs van onvermogen van de overheid. Natuurlijk, iedereen roept altijd moord en brand als zijn of haar tak van sport minder geld krijgt. Maar waar ik langzamerhand van ga hoofdbonken is het gebrek aan kennis van een meerderheid die besluiten neemt met verstrekkende gevolgen voor de kwetsbaren in onze samenleving.
De bezuinigingen in de GGZ laten zien dat gebrek aan expertise, korte termijn denken, en strategische belangen bepalend zijn voor beleid in plaats van ‘het volksbelang’. Als er in het lichaam iets misgaat vinden we bijna elke vorm van zorg gerechtvaardigd om het euvel aan te pakken en wordt er niet op een paar centen gekeken. Een nieuwe hartklep voor een 80-jarige: natuurlijk! Een extra chemo voor een terminale kankerpatiënt: doen! Een niertransplantatie bij een rokende en drinkende patiënt die gedoemd is om te mislukken: waarom niet?
Maar wat als je brein ontregeld is, als je ziek bent in je hoofd? Bijvoorbeeld als je een depressie onder de leden hebt of als je plotseling zonder reden zo bang bent dat je de straat niet meer op durft? Dat je overtuigd bent dat je wordt gevolgd en dat stemmen in je hoofd je continu uitschelden en je opdrachten geven om de meest vreselijke dingen te doen?
Helaas, als het brein disfunctioneert kijken we het liefst de andere kant op en moet het luisterend oor van de buurvrouw voldoende soelaas bieden. Dat de Nederlandse politiek kwaliteit van leven niet als speerpunt beschouwt zullen we voor lief moeten nemen. Wat onbegrijpelijk is, is haar kortzichtigheid. Door mensen met een depressie, of andere psychiatrische aandoeningen, niet de juiste zorg te bieden wordt de gezondheidszorg op de lange termijn juist duurder.
Een patiënt met suikerziekte wordt in principe toch ook niet in eerste instantie door een goed bedoelende praktijkondersteuner van de huisarts gezien? Iemand met een depressie dus wel, want dat is lekker goedkoop.
Even opfrissen voor de leek; wat is ook alweer een depressie? Een somber gevoel dat tenminste twee weken aanhoudt, om mee te beginnen. Maar er is meer: je hebt vaak geen honger meer en je slaapt beroerd. Ook heb je moeite met concentreren, bijvoorbeeld op een televisieprogramma. Nu is dat gezien het aanbod van de Nederlandse televisie niet zo verbazingwekkend, erger wordt het als je niet meer naar je werk kan en thuis komt te zitten.
Met een depressie kan je nergens meer van genieten en is het soms zo zwart dat jezelf van het leven beroven de enige optie lijkt. Als je een kankergezwel hebt of een hartinfarct kan je vaak nog wel genieten van leuke dingen. Bij een echte depressie is dat uitgesloten.
Een patiënt beschreef een depressie eens als een nachtmerrie waaruit je niet meer wakker wordt. Een depressie kan allerlei achtergronden hebben, maar de symptomen zijn over het algemeen eenduidig.
Ik vergelijk een depressie altijd met suikerziekte: bij allebei speelt tekort van een stofje een belangrijke rol. Bij een depressie is dat onder andere serotonine, een neurotransmitter, bij suikerziekte is dat een tekort aan insuline waardoor suiker vanuit het bloed niet goed in de cel wordt opgenomen. De behandeling van suikerziekte is relatief eenvoudig: medicatie geven waardoor suiker wel in de cel wordt opgenomen. Suikerziekte niet of te laat onderkennen heeft hele grote gevolgen: je word blind, je ledematen sterven af en je raakt in coma om maar eens wat complicaties te noemen. Niemand zal dan ook betwisten dat we deze aandoening uiterst serieus moeten nemen.
De complicaties van een depressie kunnen eveneens ernstig en kostbaar zijn: arbeidsongeschiktheid, een duidelijk verhoogd risico op allerlei lichamelijke aandoeningen naast uiteraard een zeer beroerde kwaliteit van leven en het risico op overlijden door zelfmoord.
De World Health Organization (WHO) voorspelt dat depressie in 2020 de tweede ziekte zal zijn, na hart- en vaatziekten. We hebben dus juist meer expertise nodig om de correcte diagnoses te stellen en iemand zo snel mogelijk effectief te behandelen om invalidering en chroniciteit te voorkomen, want dat kost uiteindelijk de meeste centen, naast uiteraard kwaliteit van leven.
Dan heb ik het nog niet eens over preventie van stress-gerelateerde aandoeningen gehad. Er is inmiddels voldoende bewijs dat het buitengewoon lonend is om daar geld en energie in te steken. Door minder geld te besteden aan een probleem gaat het niet vanzelf weg, dat is feitelijk een hele infantiele copingstrategie; als je je ogen maar hard genoeg dichtknijpt dan bestaat de wereld niet…
Als we echt willen besparen en ons belastinggeld aan zinvolle zaken willen spenderen hebben we beleidsmakers nodig die zich niet laten voortstuwen door commercie, foutieve belangen en de mening van een onwetende meerderheid, maar die expertise en gezond verstand combineren om de juiste diagnoses te stellen en een verantwoord behandelplan op te stellen voor onze samenleving.
Tenslotte: hoe cynisch dat ik onlangs droomde dat de laatste politica met verstand van zaken misschien wel vermoord werd door een verwarde man…