Ha eindelijk, dacht ik, toen ik via de website van de UvA op een open brief (PDF) stuitte, geschreven namens alle Nederlandse rectoren van onze universiteiten, getiteld: “Donkere wolken pakken zich samen boven de vrije wetenschap”. Een beetje huiverig begon ik te lezen, kon het echt zo zijn dat ze zich zorgen maakten over de terreur van de safe spaces, de groeiende, zelfgefabriceerde censuur en de neo-marxistische politieke strijd die onder het dak van de sociale- en politieke wetenschappen gevoerd wordt, ten koste van een integer intellectueel debat? Zorgen over de diversiteitsterreur, de genderneutrale toiletten en gebedsruimtes, die alle aandacht opeisen, alsof universiteiten troostfabrieken zijn in plaats van kweekvijvers voor wetenschappelijke ideeën? Was dit een oproep tot een terugkeer naar de waarden van de academie? Zoals feiten verzamelen, onderzoek doen, eigen aannames toetsen en flink botsen met anderen? Totdat er iets ontstaat wat vooruitgang mag heten?
Nee, natuurlijk niet. Ik was er weer ingetrapt, in de kenmerkende mooie sier van babyboomers-in-bestuursfuncties, mensen die “na een lange periode van ontspanning sinds de Tweede Wereldoorlog” als autoriteit heus wel iets wilden zeggen over het verlies van academische vrijheid maar daarbij vooral niet in hun ontspanning gestoord wilden worden, zo leek het. Zo bleek het.
Er moest uithoudingsvermogen aan te pas komen om de brief uit te lezen, terwijl ik steeds mompelde, ‘you had one job’ – je had maar één taak als rector van een universiteit, om dit in een brief goed uit te leggen. Maar nee. Wel wolken ten tonele voeren maar alleen iets mompelen over oorzaken waar je zelf in ieder geval geen schuld aan hebt: ‘de financiële crisis’, ‘de Arabische Lente’ en iets over ‘Oost-West spanningen’. Spanningen die hebben geleid tot ‘zorgen onder delen van de bevolking’, ‘versterking van populistische partijen en een sterke oriëntatie op het eigen land’. Allemaal slecht voor de wetenschappelijke vrijheid, aldus de brief.
Misschien dat studenten inmiddels genoegen nemen met deze borrelpraat, maar in de echte wereld noemen we dit gewoon onzin. Dat de briefschrijvers vooral zelf bezorgdheid zonder feiten praktiseren maakt blijkbaar niet uit, je kunt in Nederland als rector gewoon de Arabische Lente erbij slepen als slecht voorteken voor de vrije wetenschap. Want dat wás toch ook erg, dat die Lente in het water viel?!
Dan gaat het ineens over Iran. Daar is onlangs een hoogleraar ter dood veroordeeld, en ook in Rusland moet men Poetin volgen in de wetenschap, staat er. Ze vinden het ‘een grote klap’ dat in Turkije wetenschappers inmiddels worden beperkt in hun bewegingsvrijheid. Vooral toen Erdogan universiteiten sloot.
Door een bruggetje te slaan tussen de opkomst van populistische partijen en de doodstraf van een hoogleraar in Iran, wordt de suggestie gewekt dat de huidige politieke ontwikkelingen in ons land en het ophangen van wetenschappers in islamitische theocratieën qua gevaarlijk min of meer in elkaars verlengde liggen. Je kan twee dingen doen als je dit zo leest: bang worden of keihard lachen.
En de afgelopen weken ging een schok door de wereld vanwege de ontwikkelingen in de Verenigde Staten, altijd een bolwerk van academisch debat met vrijheid en openheid als essentiële ingrediënten van de samenleving.
Dan naar de ‘schok in de Verenigde Staten’, zouden ze daarmee bedoelen het geweld van de groeiende Amerikaanse antifa beweging, die bij elke gelegenheid dat er iemand, waar ze het niet mee eens zijn, komt spreken de boel afbreken? Iemand met bijvoorbeeld andere ideeën over religie, vrouwenrechten of iets anders waar links-radicalen Gilles de la Tourette van krijgen en tot het gebruik van pepperspray en honkbalknuppels noodzaakt. Stichtingen zoals het ‘Southern Poverty Law Center’ die verscheidenheid aan meningen onmogelijk wil maken door ‘haat’ en ‘extremisme’ uit te bannen, niet door debat maar door grover geschut. Ze maken zelfs geografische kaarten waarop de locatie van bepaalde ‘radicaal rechtse’ mensen staat aangegeven, alsof het veroordeelde pedofielen zijn. Dat moet toch zeker zijn wat de Nederlandse rectoren bedoelen met een schok?
Maar nee, ze gaan er met een grote boog omheen. Hier zijn babyboomers goed in. Net als hun wereldse kijk op de dingen etaleren:
Een op het eerste gezicht minder ernstige maatregel in deze gedaante is het recent afgekondigde inreisverbod van de regering Trump, waardoor mensen (onder wie wetenschappers) worden gediscrimineerd op grond van nationaliteit en geloof. Door deze en soortgelijke maatregelen worden ook studenten getroffen die elders opgeleid willen worden om kennis te maken met andere wetenschappelijke culturen, om daardoor verrijkt bij te dragen aan de toekomst van de wereld.
Vergeet academische censuur en de agressieve anti-hatespeech cultuur op de Amerikaanse universiteiten (die naar Nederland trekt). Het echte probleem is volgens intellectueel Nederland dat er geen buitenlandse studenten verrijkt kunnen worden. De donkere wolken klaren pas op als de hele wereld naar Harvard en Yale kan waar straks -als alles zo doorgaat – alleen nog maar faculteiten Afrika- en vrouwenstudies bestaan, alleen genderneutrale mensen cum laude mogen afstuderen. Waar huilen en boos worden het nieuwe uitblinken is.
Ook het dreigement van president Trump per tweet aan de Universiteit van Berkeley om hun financiering in te trekken, toen een bijeenkomst op de universiteit met een spreker uit ‘het Trump-kamp’ vorige week om veiligheidsredenen moest worden afgezegd, leidt tot groeiende zorg.
Een spreker uit het Trump-kamp? Het gaat hier over Milo Yiannopolous, een free-speech activist, die in veiligheid gebracht moest worden omdat er buiten het gebouw dingen in brand gestoken en vernield werden, en mensen belaagd en geslagen.
Universitair Nederland laat gewoon zien dat ze niet meer in staat zijn iemand als Milo als individu te zien, maar in een kamp plaatsen, precies datgene waar ze in het begin van hun betoog zo bezorgd over waren. Hun eigen geheime voorliefde voor tegenstellingen, die ervoor zorgt dat ze zich veilig kunnen terugtrekken in hun eigen kamp, dat van moreel superieuren, schiet in deze brief als een bliksem uit hun donkere wolken.
Het houdt niet op met het beschuldigen van individuele personen die van academische vrijheid veel meer begrijpen dan zij ooit zullen:
Tot onze vreugde komt er verzet: zo schieten wereldwijd wetenschappers hun collega’s te hulp. (…) Laten we het tijd keren nu het nog kan; de geschiedenis leert ons dat we te vaak wegkeken van onwelgevallige zaken, of ons te lang in slaap lieten sussen.
Wie herinnert zich Wouter Buikhuisen nog, de criminoloog die in 1978 door collega-wetenschappers en Hugo Brandt Corstius een ’kale en impotente carrièrewetenschapper’ en ‘extreemrechts’ genoemd werd? Hij werd met de dood bedreigd en verloor steun van de universiteit. Pas in 2009 verscheen in een vaktijdschrift een stuk over zijn prima onderzoek en een positief artikel in de NRC. Nota bene de PVV stelde naar aanleiding daarvan kamervragen en vroeg de minister om eerherstel van Buikhuisen. Dat is er nooit gekomen.
Het lef van de rectoren om in een open brief over zoiets fundamenteels als vrije wetenschap, uitgerekend in een tijd als deze, vooral de eigen linkse religie te verdedigen is stuitend. Maar ik zei het al, ik was er gewoon even ingetrapt.