Psychiatrie is sinds haar ‘ontstaan’ een turbulent vak dat nog altijd voor veel controverse zorgt. Aangezien het gaat over afwijkingen in denken, voelen en handelen en dat in wisselwerking met een altijd veranderende maatschappij is misschien ook niet zo vreemd.Topics van de afgelopen jaren zijn bijvoorbeeld het publiekelijk uitvechten of schizofrenie nou wel of niet bestaat. Ook het misbruik van behandelgegevens van patiënten door commerciële partijen leidde recent tot veel verontwaardiging, waarbij demissionair minister Schippers naar aanleiding van Kamervragen door SP-kamerlid Renske Leijten moest concluderen dat er sprake was van onrechtmatig handelen en deze praktijken per direct stopzette.
Ik beschouw het gebruik van dergelijke vragenlijsten om ziekte te meten sowieso als een testimonium paupertatis van ons vak, aangezien we al vele decennia blijven hangen in diagnostische methodes die het niveau van de Libelle nauwelijks overstijgen. Bijvoorbeeld, als ik iemand met een depressie behandel, dan meten vragenlijsten de ernst van de depressie en de eventuele effecten van behandeling met vragen als: hoe is het de afgelopen 3 dagen met uw stemming geweest? Heeft u zich somber gevoeld? Zo ja, heeft u ook een gevoel van moedeloosheid of hopeloosheid? Of: hoe is het de afgelopen 3 dagen met uw interesse en activiteiten geweest? Heeft u gewerkt (in uw werk of thuis/huishouden)? Zo ja, moest u zich ertoe dwingen? Ook hilarisch: Wat denkt u dat er met u aan de hand is? Vindt u zichzelf ziek?
Zelfs in toonaangevend wetenschappelijk onderzoek, de basis van onze behandelingen, worden deze uitkomstmaten gebruikt en wordt op basis van verschillen op dit soort vragenlijsten besloten of middel X werkzaam is of werkzamer is dan middel Y.
Een recent artikel in de Volkskrant (Blendlelink) stelde dat de criteria voor het vaststellen van psychische aandoeningen steeds algemener worden. Zo was er in de DSM 2 sprake van 180 aandoeningen, in de laatste versie, de DSM 5 kunnen we bijna 400 aandoeningen turven. De vraag is wanneer er sprake is van modeziektes en wanneer niet. In ditzelfde artikel constateren een aantal prominenten in het vakgebied dat modeziekten ontstaan als gevolg van het samenspel tussen media, farmaceutische industrie, arts en patiënt. Ook het niet kunnen bijbenen van onze stressvolle kennismaatschappij met al haar mentale uitdagingen en het feit dat er voor falen geen troost meer te vinden is in geloof of gemeenschap kan er toe bijdragen dat mensen blijven hangen in onvermogen en hun identiteit graag versterken met een aandoening.
Het wordt voor psychiaters steeds lastiger om een onderscheid te maken tussen ‘hardcore’ psychiatrische ziektes en klachten die uiteraard onaangenaam zijn, maar meer samenhangen met maatschappelijk onbehagen en de tijdgeest. Psychische klachten veroorzaken ook nog eens jaarlijks 22 miljard aan maatschappelijke kosten, waarbij Nederland binnen Europa koploper is, ondanks ingrijpende bezuinigingsmaatregelen sinds 2012.
Kortom, controverse, amateurisme en veel subjectieve diagnostiek, verantwoordelijk voor torenhoge maatschappelijke kosten. Is het zo somber gesteld met ons vak of zijn we gewoon te lui om met elkaar orde op zaken te stellen? Je kan je bijvoorbeeld afvragen waarom we niet de noodtoestand uitroepen en net zo lang met voldoende knappe koppen in de Situation Room blijven zitten totdat we de next level hebben bereikt en met een concreet statement naar buiten komen. Als er sprake is van een mysterieuze virusuitbraak, dan wordt er 24/7net zo lang gezocht totdat er een vaccin is gevonden om de wereldbevolking te beschermen en verdere verspreiding te voorkomen.
De Paasdagen zijn een mooi moment om over mijn vak te contempleren en voorzichtig te fantaseren over de toekomst. Kunnen we over een paar decennia misschien wel betrouwbaar meten wat er mis is en daardoor effectievere behandelingen ontwikkelen of nog beter: preventieve maatregelen nemen? Of worden racisme, fascisme en seksisme in de DSM 6 als aandoening opgenomen, waardoor we weer teruggaan in de tijd en onze tegenstanders met vage criteria ziek en gevaarlijk kunnen verklaren?
De crisis is ons vak is wat mij betreft niet de toename van het aantal aandoeningen en de daarmee gepaard gaande kosten, maar haar aanhoudende subjectiviteit en het feit dat niemand daar van wakker lijkt te liggen.