Nog een dik jaar en er zijn weer Tweede Kamerverkiezingen. Misschien wel eerder, als het kabinet zou vallen, al ziet het daar vooralsnog niet naar uit. Hoe dan ook moeten de politieke partijen zich in 2016 voorbereiden op een nieuwe stembusgang. En daarbij hoort een nieuwe lijsttrekker, of in elk geval de vraag of de huidige leider niet aan vervanging toe is.
Twee partijen hebben vorig jaar al hun leider gewisseld, dus daar zal niets meer gebeuren. Bij GroenLinks nam Jesse Klaver de plaats in van Bram van Ojik. Een logische keus: jong voor oud, mooi voor lelijk, voortdurend op tv voor tamelijk onzichtbaar. Als je op de peilingen mag afgaan was het een beslissing die vruchten afwerpt, want GroenLinks lijkt zijn bescheiden zetelaantal minstens te gaan verdubbelen. We zullen zien.
Ook bij de ChristenUnie stapte de leider op. Arie Slob vond het na veertien jaar Kamerlidmaatschap welletjes. Hij werd opgevolgd door Gert-Jan Segers. Die keuze lag wat minder voor de hand. Carola Schouten had ook gekund. Als financieel specialiste was zij nauw betrokken bij de gedoogakkoorden die haar partij sloot met het kabinet en ze is door de pers ook al eens tot politiek talent van het jaar uitgeroepen. Maar tja, Schouten is niet alleen een vrouw, ze is bovendien een ongehuwde moeder. Dat gaat onze orthodoxe achterban niet trekken, zullen ze bij de ChristenUnie hebben gedacht.
Bij één partij lijkt een leiderswissel dit jaar onvermijdelijk, namelijk bij de PvdA. Die staat op enorm verlies in de polls en vrijwel niemand gelooft dat partijleider Diederik Samsom het tij nog kan keren. Samsom zelf blijkbaar ook niet meer, gelet op zijn recente uitlatingen in het Nederlands Dagblad, waarin hij al hintte op zijn vertrek. Vicepremier Lodewijk Asscher geldt als zijn gedoodverfde opvolger. Of Asscher voor de vurig gehoopte electorale wederopstanding van de PvdA kan zorgen, blijft afwachten. De vicepremier is immers verantwoordelijk voor exact hetzelfde kabinetsbeleid dat Samsom zo is opgebroken. Eventueel kan de PvdA nog een beroep doen op Ahmed Aboutaleb. Die functioneert goed als burgemeester van Rotterdam en is populair door zijn strenge toon tegen moslimradicalen. Aboutaleb heeft verklaard het partijleiderschap niet te ambiëren, maar dat zegt natuurlijk helemaal niets.
Waar ook gerommel zou kunnen ontstaan, is bij de SP. Fractieleider Emile Roemer wordt weliswaar door iedereen sympathiek gevonden, maar hij slaagt er maar niet in zijn partij te laten profiteren van de neergang van haar belangrijkste concurrent, de PvdA. Mogelijk reden voor Ron Meyer, die met steun van grote roerganger Jan Marijnissen partijvoorzitter is geworden, ook het lijsttrekkerschap naar zich toe te trekken.
Bij de andere partijen blijft de huidige leider waarschijnlijk gewoon zitten. CDA-leider Sybrand Buma heeft de christendemocraten er na enkele zware verkiezingsnederlagen weer min of meer bovenop weten te krijgen en maakt zelfs kans de volgende premier te worden. Wat wil je nog meer.
Ook bij de VVD zal Mark Rutte wel weer lijsttrekker worden. Weliswaar is hij door verbroken verkiezingsbeloftes en allerlei onverkwikkelijk partijgedoe heel veel van zijn glans kwijtgeraakt, maar tot dusver worden door de liberale achterban geen pogingen ondernomen deze politieke Houdini te wippen. Misschien ook omdat men betwijfelt of fractievoorzitter Halbe Zijlstra of minister Edith Schippers het zoveel beter zouden doen.
Leiderswisselingen zijn evenmin te verwachten bij PVV en D66. Sterker nog: ze zijn praktisch uitgesloten. Want wie zou het daar van Geert Wilders, respectievelijk Alexander Pechtold moeten overnemen? Geschikte kroonprinsen (of -prinsessen) zijn bij deze partijen pijnlijk afwezig. Op termijn alle reden voor PVV en D66 om zich zorgen te maken.