Gelukkig heeft de dame die met hoofddoek bij de Rotterdamse politie wil komen werken haar gelijk gehaald bij het onvolprezen College voor de Rechten van Mens. Daarmee is de eerste stap gezet naar een algehele afschaffing van een schrijnende vorm van discriminatie die we jarenlang hebben gedoogd bij de politie, in het leger en in de rechterlijke macht. Met een vaag excuus over een ‘religieus neutrale staat’ is het aan politiemensen, mensen in het leger en toga-dragende rechters verboden om voor hun identiteit uit te komen. Een grof schandaal.
Maar we moeten ons wel realiseren dat dit slechts de eerste stap is op een nog lange weg. Niet alleen hoofddoekdragende moslima’s worden in hun rechten gekort in onze samenleving, dat geldt ook voor vele anderen. Wie een petje met ‘Rutte vooruit!’ wil dragen boven zijn toga in een rechterlijk college vindt vooralsnog geen gehoor bij zijn werkgever. Wie als korporaal in het leger ‘Jezus is de weg, de waarheid en het leven’ op zijn uniform wil borduren, wordt in zijn streven belemmerd. Een roze driehoek op het politie-uniform – het is allemaal nog steeds verboden.
Maar deze uitspraak van het College biedt hoop. Voor één specifieke groep is dat in het bijzonder belangrijk: de pastafari’s, de aanhangers van de kerk van het vliegend spaghetti-monster. Deze dragen, zoals bekend, een vergiet op hun hoofd. In vele delen van de wereld is reeds erkend dat de staat niet het recht heeft vergieten te weigeren op pasfoto’s op het rijbewijs.
Vanmorgen behandelde het College een geval van een pastafari die heeft geklaagd dat hij tijdens zijn promotieceremonie aan de universiteit niet het traditionele kostuum zou mogen dragen van de pastafari priester. Schandelijk natuurlijk. Maar we mogen ervan uitgaan dat ons College een einde heeft gemaakt aan deze misstand.
En vandaar moeten we de strijd aanbinden met de Rotterdamse politie. Laten de Nederlandse pastafari’s zich en masse aanmelden bij de Rotterdamse politie. Pas als we politieambtenaren op straat kunnen zien met een vergiet op hun hoofd zijn we op de goede weg met het antidiscriminatiebeleid. Helaas is dat nu nog voor velen een stap te ver.
