Ik heb mijn timeline zelden zo blij gezien als vandaag. Als een ding een muisgrijze maandag gegarandeerd opvrolijkt dan is het een onofficiële biografie over het losbandige, bevoorrechte leven van een Britse premier en bijbehorende bizarre, seksuele rituelen. Dat David Cameron in zijn studententijd lid was van de superexclusieve Bullingdon Club, een eet-vereniging die naam maakte door restaurants waar de leden dineerden in opzichtige, met de hand gemaakte kostuums kort en klein te slaan, was bekend. Er is ook niet veel voor nodig om Cameron voor te stellen als lid van een sociëteit waarvan de drijfveer was ‘te walgen van de armen’. En de onthulling dat de premier wiet rookte, luisterend naar glam rock, stootte enkel op afkeur omdat hij Supertramp in de cassetterecorder had zitten.
Het enige wat verbaasde, alleen omdat dat het doorsnee verbeeldingsvermogen te boven gaat, was dat Cameron bij een van die ontgroeningsbijeenkomsten van zo’n vereniging voor verwende, Engelse jongens, zijn geslachtsdelen in de snuit van een dode varkenskop zou hebben gelegd. ‘Nog nooit zo blij geweest vegetariër te zijn’, twitterde partijleider van de LiberaalDemocraten Tim Farron. De rest van de dag bleven #piggate en #Hameron trending.
Dat de bron achter deze bizarre ontmoeting met een varkenskop anoniem is, doet aan de opwinding niets af. Evenmin als het feit dat de foto die van dit onvergetelijk moment zou bestaan, onvindbaar blijkt. Sommige dingen, zoals The Sun ooit zei, zijn gewoon te goed om na te trekken.
‘Call me Dave’, gepubliceerd in de Daily Mail, lijfblad van Midden Engeland en bewaker van de Britse moraal, zal geen politieke aardverschuiving veroorzaken. Daarvoor heeft Lord Ashcroft, de man achter de onofficiële biografie, zich teveel laten leiden door wraakzucht. Michael Ashcroft, self made multimiljonair en nadrukkelijk niet zoals Dave geboren met een zilveren lepel in de mond (of onder de neus; het boek weet ook van cocaïnegebruik chez Cameron), was penningmeester van de Conservatieve partij. Hij was ook een gulle donor die naar eigen zeggen de Tory-kas spekte met 12 miljoen euro. Ashcroft deed dat niet voor niks. De Lord ambieerde een regeringspost die Dave hem voor de verkiezingen van 2010 zou hebben beloofd. De ministersbaan bleef uit en met ‘Call me Dave’ komt Ashcroft de premier met een boksbeugel bewerken.
Wat Pig Gate wel doet is het faillissement van het Britse bestel blootleggen. Politieke partijen in het Verenigd Koninkrijk zijn, net als in de VS, afhankelijk van particuliere donors. Grote financiers kunnen erop rekenen voor hun cheques te worden beloond met een titel en een plaats in het Hogerhuis. Het is een van de redenen waarom de Britse eerste kamer met bijna 800 inzittenden het grootste wetgevende orgaan ter wereld is, op de Chinese na.
Zal Pig Gate Dave schaden? Nauwelijks. Zijn geprivilegieerde milieu en reputatie ‘meer geïnteresseerd te zijn in het behoud van zijn premierschap dan er iets mee te willen bereiken’, zitten hem niet dwars. De kiezers waardeerden Cameron bij de verkiezingen in het voorjaar zelfs met een parlementaire meerderheid van twaalf zetels. Pig Gate is hooguit een tijdelijke afleiding voor de rechtse kwantiteitsbladen die zich binnenkort weer zullen storten op hun echte taak: het afbranden van linkse Labourleider Jeremy Corbyn.