Column

De politieke moord: Blijft Groot-Brittannië in Europa?

20-06-2016 10:34

Vorige week is Jo Cox, een alom gerespecteerd lid van het Britse Lagerhuis, vermoord. Prime-minister David Cameron en oppositieleider Jeremy Corbyn noemden dat terecht een aanslag op de democratie. Over een paar dagen kunnen de Britse kiezers bij referendum beslissen of hun land lid van de Europese Unie blijft. De lezers kennen mijn opvatting over referenda. Zij zijn ‘de bijl aan de wortel van de parlementaire democratie’, was en is mijn stelling.

Invloed van moord op politiek

De campagne in Groot Brittannië was er tot de moord één van beschuldigingen over en weer. Geschreeuw, fanatisme, onverdraagzaam, beneden elk peil. Dan kan blijkbaar een situatie ontstaan, zoals nu in het United Kingdom. Zomaar iemand die een politicus vermoordt, een gestoorde geest. Wij kennen in ons eigen land ook zo’n verschrikkelijke moord. Die op Pim Fortuyn. Met grote electorale gevolgen. Hij won – na zijn dood – de verkiezingen voor een nieuwe Tweede Kamer. Met 1,6 miljoen kiezers.

Politiek is natuurlijk de vraag: Welke invloed op de uitslag van het referendum zal de politieke moord in Groot-Brittannië hebben? Die invloed zal er zeker zijn. De rest van de campagne zal rustiger, respectvoller en – hoop ik – verdraagzamer, worden gevoerd dan tot nu toe.

De Molukse gijzelingsactie

Al is het geen precies vergelijkbare situatie, maar de Molukse gijzelingsactie, kort voor de verkiezingen in ons land in 1977, kan voor de situatie nu bij onze Britse buren wel in eenzelfde lijn liggen. Toen werd hier in mei van dat jaar ook de campagne stil gelegd. In beeld kwamen alleen de minister-president Den Uyl en de eerst verantwoordelijke minister, die van Justitie, Van Agt. Ik herinner mij die situatie nog heel goed. Als dat toen niet was gebeurd, zou de verkiezingsuitslag er anders hebben uitgezien. PvdA en CDA boekten onverwachte grotere verkiezingswinst. Mijn VVD deed het ook goed, maar de peilingen een week voor de verkiezingsdag, vóór het stilleggen van de campagne, hadden een verkiezingswinst nog groter geschat.

Zo kan dat gaan, fact of live. In dat soort omstandigheden zijn de kiezers geneigd te zeggen: je weet wel wat je hebt , maar niet wat je krijgt. Kiezen voor zekerheid dus.

Het kan dus zijn dat deze week de Britten met kleine meerderheid toch besluiten in de Europese Unie te blijven.

Wat vindt Wiegel?

Sommigen van mijn lezers zullen nu zeggen: mooi genoteerd, maar die Wiegel vindt gewoon zelf dat de Britten in Europa moeten blijven. Dat is ook zo: ons land heeft er groot belang bij dat dit gebeurt. Anders krijgen we een Europa waar Duitsland en (nog meer) Frankrijk de dienst uitmaken. Denk terug aan het gevecht tussen president De Gaulle en onze eigen minister Luns.

Tenslotte dit: Wat de uitkomst van het referendum ook zal zijn, er zal vervolgens zeker zo’n twee jaar gaan worden overlegd en onderhandeld. Waarom zou die tijd niet kunnen worden gebruikt Europa echt te hervormen. Vorige week schreef ik: “Kiezen voor een Europa der Vaderlanden! Een nieuw Europa dus.”