De onlangs overleden burgemeester Van der Laan van Amsterdam blijkt in het geniep een geheime antiradicaliseringscampagne te hebben geleid. Geheel buiten zijn eigen wethouders en de raad om heeft hij eigenhandig goedkeuring gegeven aan een campagne die buiten alle boeken is gehouden. In Amsterdam reageren ze als door een wesp gestoken.
Het lijkt er op dat Van der Laan slechts een enkeling op de hoogte heeft gebracht van zijn privé-oorlogje. Een oorlogje dat een niet onsympathiek doel heeft, maar tegelijkertijd een bizarre uitvoering. Als je de stukken leest die Elsevier over dit onderwerp heeft geschreven waan je je in een niet al te beste thriller. Je vraagt je voortdurend af hoe de burgemeester ooit heeft gedacht deze campagne ongestraft uit te voeren. Het moet een mengelmoes van naïviteit en grootheidswaanzin zijn geweest.
Wat verder nog opvalt in het uitstekende stuk in Elsevier, is dat iedereen in de Amsterdamse politiek met ongeloof reageert. Ze zijn uitermate verbaasd over de gang van zaken en eisen dat de onderste steen boven komt. Iedereen ontkent ook maar iets te weten van de plannen. Iedereen behalve een zeker Kajsa Ollongren. Loco-burgemeester onder Van der Laan en huidig minister van Binnenlandse Zaken en vice-premier. Zij wil voorlopig niet reageren op de kwestie. Dat is een verkapte bekentenis. Als ze niets te verbergen heeft, zou ze net als alle andere betrokkenen ontkennen op de hoogte te zijn.
Nu hangt er een zwaard van Damocles boven haar hoofd dat wel eens snel zou kunnen vallen.