Er heerste al maandenlang een gespannen sfeer op het Binnenhof. Sinds Asscher aangekondigde dat de PVDA alleen de begroting van 2018 zal ondertekenen als een er substantiële loonsverhoging voor leraren in wordt verwerkt, hing er een zwaard van Damocles boven het hoofd van het demissionaire kabinet. Het is dan ook een ongeschreven wet dat een demissionair kabinet niet al te ingrijpende wijzigen in het beleid bewerkstelligt. Het is immers niet meer dan een overbrugging van het oude, al weggestemde kabinet, en een nieuw kabinet dat door middel van nieuwe verkiezingen is verkozen.
Toch is het ongelofelijk dat Lodewijk Asscher zich gisteren, terwijl ik deze column schreef, met een kluitje in het riet heeft laten sturen. Er viel namelijk veel positiefs te zeggen over de opstelling van de PvdA. Zowel inhoudelijk als strategisch. De formatie kabbelt al bijna een half jaar voort, maar iedereen verwacht toch gewoon dat er op Prinsjesdag een nietszeggende begroting voor 2018 wordt gepresenteerd. Ik vind dat erg veel gevraagd van een partij die afgelopen verkiezingen een ongenadig pak slaag heeft gehad van de kiezer. Als de formatiepartijen het zo belangrijk vinden dat zij de begroting tot in detail bepalen, hadden ze wat meer vaart moeten maken met de onderhandelingen. De PvdA is bezig zichzelf opnieuw uit te vinden. De koers die ze hebben uitgezet met Rutte II is voor de sociaal-democraten een doodlopende weg gebleken.
En dus juichte ik de dreiging om uit het demissionaire kabinet te stappen toe. Elke dag die de PvdA in dit kabinet zit is er een teveel. Een nieuw elan is schier onmogelijk als dit kabinet tandeloos naar zijn einde hobbelt.
Maar Lodewijk Asscher en de rest van de PvdA, hebben in al hun wijsheid besloten om zonder concrete toezeggingen toch hun keutel in te trekken, en de rit uit te zitten. De pijnlijkste kabinetsperiode die een politieke partij ooit heeft gekend, eindigt dadelijk met een gesmoord sissertje.
Als Asscher zijn rug had rechtgehouden, zou dit een lovende column zijn geworden. Nu kan ik niet anders dan concluderen dat de PvdA-top wordt bevolkt door zwalkende lafaards zonder visie en strategie.