Kies woensdag vooral echte volksvertegenwoordigers

20-03-2018 11:33

‘Je moet veel verder terugkijken, Ronald’, zei Spencer Zeegers, al 36 jaar raadslid voor de SP in Uden, vanaf 1982. Ik sprak met deze oudgediende over de schoonheid van raadslid zijn. Volksvertegenwoordiger ben je niet alleen in de Tweede Kamer, maar vooral in je eigen gemeente. Maar ik sprak hem ook over waarom raadslid zijn zoveel moeilijker is geworden, vooral door allerlei besluiten die juist in Den Haag zijn genomen. In 1982 waren SP-raadsleden nog een zeldzaamheid – het zou ook nog twaalf jaar duren voordat de partij in de Tweede Kamer zou komen. De raadsverkiezingen werden in juni 1982 gehouden, kort na de val van het kabinet van de excentrieke CDA’er Dries van Agt. Na de Tweede Kamerverkiezingen in september van dat jaar begon de lange regeerperiode van CDA-premier Ruud Lubbers, tot 1994. Dit was de tijd van het ‘neoliberalisme’, de overtuiging dat de politiek allerlei moeilijke taken beter zou kunnen uitbesteden aan de markt en de uitvoering beter zou kunnen overlaten aan de managers. Een politiek die daarna werd voortgezet door PvdA-premier Wim Kok. Van de energievoorziening tot het openbaar vervoer en van sociale zekerheid tot aan gezondheidszorg, het werd allemaal het terrein van overbetaalde managers en falende consultants. Spencer Zeegers zag het allemaal gebeuren – en zag deze mentaliteit ook doordringen tot in het lokale bestuur.

Uitholling van de lokale democratie

Raadsleden worden door inwoners bijna overal op aangesproken, van de thuiszorg tot de veiligheid op straat en van het afval in de buurt tot de bouw van betaalbare woningen. In het verleden was het heel gewoon dat een raadslid zich overal mee bemoeide, ook met de uitvoering van het lokale beleid. Maar in de jaren negentig klonk opeens de roep om ‘professionalisering’ van het lokale bestuur, vooral door bestuurskundigen, zoals Douwe Elzinga. Mede op initiatief van deze PvdA’er werd begin deze eeuw lokale ‘dualisering’ ingevoerd, waarbij de raadsleden zich voortaan vooral moesten bezighouden met het opstellen van ‘bestuurlijke kaders’ en de uitvoering vooral zouden moeten overlaten aan de burgemeester en wethouders. De SP heeft destijds als enige partij in de Tweede Kamer tegen deze plannen gestemd. Dat was mede omdat ervaren raadsleden als Spencer Zeegers zagen hoe dit bestuurlijke denken gemakkelijk was voor de wethouders en de ambtenaren, maar ook de lokale democratie zou uithollen. Raadsleden die door inwoners werden aangesproken over problemen in hun gemeente kregen in de gemeenteraad steeds vaker te horen ‘dat ze daar niet over gaan’. Het werk werd ook minder aantrekkelijk: raadsleden moesten voortaan tot diep in de avond boven de papieren hangen en in duffe zaaltjes overleggen om allerlei ‘speerpunten te benoemen’ en politieke ‘kaders te stellen’.

Accepteer geen modieus beleidsgeklets

Het vorige kabinet Rutte-Asscher heeft weer een volgende stap gezet in de uitholling van de lokale democratie, met de decentralisaties van de thuiszorg, jeugdzorg en re-integratie. Zaken die veel gemeenten niet zelf kunnen organiseren en daarom worden uitbesteed aan ondoorzichtige regio’s. Deze zorgtaken moesten van PvdA-minister Plasterk worden overgelaten aan ‘samenwerkingsverbanden’, waarvan er in ons land ondertussen 877 zijn. Een ondoorzichtige bestuurslaag waar de gemeenten wel aan moeten betalen, maar raadsleden weinig over te zeggen hebben. Voor veiligheid (brandweer, hulpdiensten en openbare orde) zijn gemeenten afhankelijk van veiligheidsregio’s, een even onbekende als ondoorzichtige bestuurslaag waar ook niet de raadsleden, maar vooral duurbetaalde managers het voor het zeggen hebben. Den Haag wil ook steeds grotere gemeenten: in 1980 hadden we 811 gemeenten, nu nog 388. De schaalvergroting gaat onder deze regering gewoon door: woensdag zullen in 45 gemeenten geen raadsverkiezingen zijn, omdat die met een andere gemeente moeten worden samengevoegd. Ook dat maakt het werk van lokale volksvertegenwoordigers moeilijker. Raadsleden vertegenwoordigen vooral de lokale gemeenschap, dat is het eigen dorp of de eigen stad. In die grote gemeenten met tientallen kernen wordt de lokale inbedding van de raad steeds minder.

Maar we laten toch de beleidsmakers in Den Haag niet bepalen wat een goed raadslid is? Een soort van lokale volksambtenaar die het liefst met de neus in de papieren zit? Oude rotten als Spencer Zeegers zijn altijd echte volksvertegenwoordigers gebleven. Die zelf op onderzoek uit gaan, samen met bewoners acties organiseren en hun lokale bestuurders niet laten wegkomen met duur en modieus beleidsgeklets. Het is ook mooi om zulke ervaren mensen in je partij te hebben, die de nieuwe raadsleden leren wat er allemaal wel kan en hoe echte volksvertegenwoordigers het verschil kunnen maken. Sterke lokale democratie begint met kritische raadsleden. Uden kan erg blij zijn met Spencer Zeegers.

 
Helaas: deze aanbieding is verlopen, maar probeer deze boeken eens