Cowboyfilms – gender neutraal zijn ze niet. In deze films zie je zelden koeien en ook weinig jongens, maar wel ‘echte’ mannen. Over de verbeelding van ‘mannelijkheid’ in westerns zijn bibliotheken vol geschreven. Maar toch is dit niet waar westerns werkelijk over gaan, het thema van deze films gaat veel dieper. De western is een romantische kritiek op de moderne wereld. Dat geldt in ieder geval voor de films van Sergio Leone, met acteur Clint Eastwood en muziek van Ennio Morricone. Vooral de beroemde ‘dollar’-trilogie: A Fistful of Dollars (1964), For a Few Dollars More (1965) en bovenal The Good, the Bad and the Ugly (1966). Als jongen speelde ik graag cowboy, want dan mocht je rennen en klimmen, vechten en schreeuwen, omdat je cowboy was. Daarna moest je weer naar huis, of naar school, en daar mocht dat allemaal niet. In de westerns van Sergio Leone wordt niet geschreeuwd, eigenlijk wordt er nauwelijks gesproken. Hier wordt vooral gekeken. Door mannen met verweerde koppen, in verstilde beelden. Maar die stilte is bedrieglijk, want in die koppen razen de gevoelens en de emoties. Die je niet kunt zien, maar wel kunt horen, in de muziek van Ennio Morricone.
Westerns spelen altijd in het Wilde Westen, voorbij de frontier, de grens van onze beschaving. Toch is het deze beschaving die het leven van de cowboys bedreigt, door de komst van goud, treinen of steden – of alle drie, zoals in Once Upon a Time in the West (1968), ook van Leone en Morricone. The Good, the Bad and the Ugly speelt zich af tegen de achtergrond van de Amerikaanse Burgeroorlog (1861-1865). In de marge van deze bloedige oorlog spelen drie cowboys een kwaadaardig, maar ook kinderlijk spel. ‘Blondie’ (Clint Eastwood), een premiejager, is de Goede. ‘Angel Eyes’ (Lee van Cleef), een huurmoordenaar, is de Slechte. ‘Tuco’ (Eli Wallach), in de rol van ras-opportunist, is de Lelijke. Elk van deze mannen krijgt een deel van de informatie over de plek van een goudschat, maar zonder de anderen kunnen ze die niet vinden. List en bedrog drijft de mannen uit elkaar, maar de schat brengt ze ook weer samen, op één van de begraafplaatsen voor de vele duizenden gevallen soldaten. ‘Tuco’ is de eerste die de plek bereikt. In ‘Ecstacy of Gold’ beleven we zijn hoop en hebzucht, zijn verwachting en wantrouwen mee – en ook het besef dat dit nooit goed kan aflopen.
De muziek van Morricone is veelzijdig en komt goed tot haar recht in een concertzaal, zoals deze uitvoering van ‘Ecstasy of Gold’ in Venetië, maar past ook in de rocktempel, zoals in de versie van Metallica. Maar het hoeft niet allemaal groots en meeslepend, het lied kan evengoed heel klein en intiem worden gespeeld, zoals deze bijzondere versie door Carolina Eyck op de theremin. De westerns van Leone lijken in niets op de voorspelbare producties van Hollywood, maar zijn ware filmische experimenten, die in Amerika even denigrerend als jaloers ‘spaghettiwesterns’ werden genoemd. Met verhalen die niet worden verteld in woorden, maar vooral met beelden. En bovenal met muziek. Van Ennio Morricone, de cowboy onder de componisten. Western muziek als cultuurkritiek. Over onze ontwikkelde, maar soms ook verstikkende beschaving. Waar onder de noemer van identiteitspolitiek wel erg snel van alles moet worden verboden. Zoals de actiegroep die aangifte deed tegen Tivoli-Vredenburg in Utrecht, waar een feestje werd georganiseerd voor kinderen, die mochten komen spelen als cowboy of indiaan. Een verbod om cowboy te spelen. Dat is juist de verstikking van de beschaving die in deze westerns wordt bekritiseerd.
Laten we het doen, zolang het nog kan. Kijken naar die prachtige beelden van Sergio Leone en luisteren naar de beeldende muziek van Ennio Morricone. Kom op cowboys, als teken van verzet.
Ronald van Raak schreef eerder over genderneutraliteit in het Tasjesmuseum en over de liefdespolitie op Twitter.