Column

De SP negeert zorgen van achterban over immigratie en islam

31-01-2017 21:14

Als rechtgeaard linksmensch in een land waar 1 procent van de bevolking 23 procent van het vermogen bezit, waar de gezondheids- en ouderenzorg door marktwerking ontmanteld worden, waar er voor mensen met lage en middeninkomens steeds minder woningen beschikbaar zijn, waar jongeren zich diep in de schulden moeten steken om te kunnen studeren, heb je aan de linkerflank nog maar weinig te kiezen als je voor de overheid een belangrijke rol ziet weggelegd om de verzorgingsstaat en de sociale cohesie in stand te houden. Over de PvdA hoeven we het niet te hebben: die heeft zichzelf gediskwalificeerd door samen met de VVD voortvarend de verzorgingsstaat te redden door hem om zeep te helpen. GroenLinks, nu een bonk groene energie geleid door een etalagepop in hemdsmouwen, hielp ijverig mee bij de demolitie als er extra stemmen in de Tweede of Eerste Kamer nodig waren.

Ronald van Raak bagatelliseert gebrek aan democratie in de SP

Resteren alleen nog de Socialistische Partij en de Partij voor de Dieren. Die laatstgenoemde partij is weliswaar een sympathiek verschijnsel (de uitdossing van Marianne Thieme is iedere Prinsjesdag weer een wonder van creatief vernuft) in het parlement en heeft ongetwijfeld het beste voor met de wereld, maar ik voel me toch meer thuis bij een partij voor mensen.

Kortom, al een paar maal  kleurde ik het hokje van de partij met de tomaat rood. Met de nodige reserve, want er is nogal wat  mis met de enige partij die pretendeert  het ware socialisme tot ons te brengen. Daaraan werd ik weer herinnerd door een column van mijn collega hier, Ronald van Raak, die warmbloedige stukken schrijft over onder meer schrijvers als Gerard Reve, Jan Arends en Augustinus, en over misstanden op de Antillen. Maar hij is natuurlijk ook een politicus (nummer vier op de SP-lijst) die de partijstandpunten uitvent en horig is aan de partijdiscipline die de dubieuze kanten van de SP ontkent, toedekt of bagatelliseert.

In zijn column reageert Van Raak meewarig en betuttelend op een kritisch verslag van Chris Aalberts over het laatste SP-partijcongres. Aalberts heeft zijn bedenkingen bij het democratisch gehalte van het congres, waar gewone leden niet welkom zijn maar slechts afgevaardigden van afdelingen die zich dan door een berg van wijzigingsvoorstellen voor het partijprogramma heen worstelen. Die ongestructureerde opzet geeft de partijtop alle gelegenheid om de besluitvorming bij te sturen: van de 500 behandelde wijzigingsvoorstellen zijn er maar twee waarbij de afgevaardigden het stemadvies van de partij negeerden. Ronald van Raak reageert dat voor buitenstaanders het mechanisme van een dergelijke congres nou eenmaal moeilijk te doorgronden is en toont zich (heel verrassend) zeer in zijn nopjes met de SP-partijdemocratie die de leden volgens hem alle gewenste invloed geeft.

Bovenmodale inkomsten moeten worden afgedragen aan de partij

Hier toont Ronald van Raak zich als een typische partijlakei die niet wezenlijk ingaat op de kritiek van Chris Aalberts maar ook van vele verontruste partijgenoten die de laatste jaren hebben aangedrongen op renovatie van de SP-partijorganisatie. Kern van de kritiek is dat het partijbestuur, lange tijd onder leiding van Jan Marijnissen en nu van Ron Meyer, met een ijzeren vuist ieder dissident geluid de kop indrukt. De onvrede betreft niet alleen het gebrek een partijdemocratie maar ook de omstreden afdrachtregeling die de SP Kamerleden en lokale bestuurders door de strot duwt, waarbij alle inkomsten hoger dan modaal (rond de 2500 euro) aan de partij moeten worden afgestaan. SP-gemeenteraadslid in Gorinchem Karl-Ernst Lutterkort, een van de dissidenten, legt een verband met het marxistische verleden van de partij en noemt de stijl van besturen ‘democratisch-centralistisch’: de partijtop heeft altijd gelijk.

Het verleden van de Socialistische Partij is zachtjes gezegd opmerkelijk en verklaart inderdaad veel van het huidige democratisch tekort. Het waren  twee kameraden van de Communistische Partij Nederland (CPN), Daan Monjé en Nico Schrevel die uit onvrede over de koers van de CPN – vóór de Sovjet-Unie en tegen maoïstisch China – uit de partij stapten en voor zichzelf begonnen met als basis de marxistische ideeën van de grote Chinese roerganger Mao Zedong. Hun Marxistisch-Leninistisch Centrum Nederland (MLCN) kreeg volop steun (via infiltratie) van de Binnenlandse Veiligheidsdienst die een kans zagen door de tweespalt aan te wakkeren de CPN een kopje kleiner te maken.

Bestaan van de SP danken we mede aan de Binnenlandse Veiligheidsdienst

Met Mao als lichtend voorbeeld ontpopte Daan Monjé zich als snel als de grote leider op de achtergrond die vond dat de intellectuelen in de partij in de fabriek moesten gaan werken, want het waren de handarbeiders die de voorhoede van het proletariaat vormden (Jan Marijnissen, sedert 1971 in het bestuur van de Nederlandse maoïsten, werkte ruim tien jaar als lasser in de metaalindustrie). Ook wilde Monjé de partij financieel zo onafhankelijk mogelijk maken door het vergaren van vrijwillige bijdragen van partijgenoten en sympathisanten, het begin van wat later de afdrachtregeling zou worden. Omdat  alle ismen in de partijnaam misschien de eenvoudige arbeiders zouden afstoten koos men in 1972 voor de naam Socialistiese (toenmalige spelling) Partij.

Autoritaire leiding vormt een constante in de geschiedenis van de SP

Een constante in de geschiedenis van de Nederlandse socialisten vormt de krachtige leider die geen tegenspraak duldt. Ook toen de partij het maoïsme verruilde voor een (voor een groot publiek meer behapbare) sociaal-democratische ideologie, bleef het model met een autoritaire leiding overeind. Na Monjé werd Jan Marijnissen de grote baas die zo nodig de zweep hanteerde: SP-leden die een eigen mening durfden te verwoorden op een congres, bij de partijraad of elders werden door hem gekleineerd of belachelijk gemaakt, aldus Karl-Ernst Lutterkort. Marijnissen bemoeide zich ook stevig met zijn opvolging in 2015, want op allerlei manieren steunde de partijtop de kandidatuur van Ron Meyer, die als een evenbeeld van Marijnissen geldt, ten koste van de veranderingsgezinde kandidaat Sharon Gesthuizen.

Jan Marijnissen is ‘een intimiderende hufter’ die partijgenoten vernedert

Al meer dan 35 jaar is er binnen de club van ware socialisten dus sprake van een cultuur  dwingelandij en dirigistisch bestuur. De omgangsvormen zijn van oudsher ruw (een paar opstandige SP-leden karakteriseerden Jan Marijnissen als ‘een intimiderende hufter’ die niet schroomde fractiegenoot Agnes Kant publiekelijk te vernederen. Die straatvechtersmentaliteit heeft misschien ook te maken met de verplichte deelname aan het aksie- en demonstratiewezen  wil je het in de SP-partijhiërarchie ver schoppen. Formeel-reglementair is de partij weliswaar zodanig opgetuigd dat de leden via afgevaardigden invloed zouden moeten kunnen uitoefenen op de koers en het programma, maar in de partijpolitieke praktijk van alledag is het een klein groepje kameraden dat regeert: Ron Meyer als voorzitter, partijsecretaris Hans van Heijningen (‘Het rommelt in de SP niet over de afdrachtregeling. Apekool !’), Emile Roemer en de fractievoorzitter in de senaat, Tiny Kox. Jan Marijnissen mag dan officieel voorzitter af zijn, met zijn kloon als nieuwe voorzitter, zijn dochter Lilian als nummer drie op de kandidatenlijst voor de Tweede Kamer en met een geestverwant (en hardcore apparatsjik) als machtige partijsecretaris lijkt zijn rol zeker niet uitgespeeld.

De SP negeert het onbehagen van de achterban over het multiculti drama

Die partijtop mist in meerdere opzichten de boot in het huidige electorale klimaat, want veel (potentiële) SP-kiezers verlangen een duidelijk standpunt over immigratie, integratie en het islamitische gevaar. De SP profileert zich met sociaal-economische punten maar negeert het onbehagen van de natuurlijke achterban over het multiculti echec. Dat is niet altijd zo geweest want in 1983 wees de SP er in een rapport op dat de komst van islamitische gastarbeiders voor onbegrip zorgde bij autochtone Nederlanders en eiste dat de regering geen duidelijk immigratiebeleid voerde.

 

“Bij ons onderzoek zijn wij al vrij snel tot de konklusie gekomen dat de problemen vooral groot worden bij die mensen die van het platteland komen, de islamitiese godsdienst belijden en zich waarschijnlijk daardoor moeilijk kunnen aanpassen aan de werk- en leefgewoonten van ons land. Wij vinden die mensen hoofdzakelijk bij de uit Turkije en Marokko afkomstige gastarbeiders en hun gezinnen. De achterstand in ontwikkeling ten opzichte van ons land en de konsekwente opvattingen die zij over hun (islamitiese) geloof hebben, maken dat zij hoegenaamd kansloos in onze maatschappij staan.”

 

In de jaren tachtig durfde de SP wel de islam een gevaar te noemen

Toen had de SP wel het lef de problemen rond de islam en arbeiders uit Marokko en Turkije voor het voetlicht te brengen en stelde men voor dat de arbeidsmigranten een duidelijke keuze moesten maken: terug naar eigen land of zich aanpassen aan de Nederlandse normen en waarden. Het gevolg was dat de SP door heel weldenkend Nederland, met voorop de Anne Frank Stichting, werd neergezet als ‘racistisch’ en ‘çryptofascistisch’, en dat ze kiezers probeerden weg te lokken bij Hans Janmaat, destijds gezien als het vleesgeworden kwaad. Kennelijk heeft de toenmalige ophef voor een trauma gezorgd bij de SP dat heden ten dage nog voortwoekert. Met als gevolg een krampachtige wegkijkhouding met betrekking tot slecht geïntegreerde (islamitische) allochtonen en de woede hierover van veel Nederlanders die zich in sociaal-economisch opzicht  wel kunnen vinden in de standpunten van de SP maar niet in hun sociaal-culturele plannen.

Ziedaar een verklaring voor de teleurstellende cijfers in de peilingen voor de SP en het weglopen van hun kiezers naar de PVV. En natuurlijk het hardnekkig blijven steunen van een fractieleider, Emile Roemer, die door velen binnen en buiten de partij wordt gezien als een falend SP-boegbeeld. Hij staat vaak te schutteren bij de Algemene Beschouwingen als het op financiële onderbouwing aankomt en maakt sowieso de indruk niet gehaaid genoeg te zijn om het tegen bedreven debaters als Rutte en Pechtold op te nemen. Daar komt bij dat Roemers weinig te melden heeft over de voor zijn kiezers belangrijke zaken als integratie en het vluchtelingenbeleid. Onlangs kwam naar buiten (voor de SP ongebruikelijk) dat er binnen Tweede Kamerfractie veel weerstand bestaat tegen het doormodderen met Roemers. En het is natuurlijk ook slecht voor links Nederland (dat het toch al zwaar te verduren heeft) in zijn algemeenheid, want een kleine SP maakt weinig kans om de macht te pakken – dat is de nieuwe titel van het SP-partijprogram: Pak de macht !

Mislukt SP-boegbeeld Emile Roemer wordt tegen beter weten in verdedigd

Tekenend voor de sekte-achtige kramp  waarin de SP schiet als partijgenoten democratisering en aanpassing van de koers bepleiten is het feit dat de SP-fractieleider in Rotterdam, Leo de Kleijn, die zich in de media roerde met een tegengeluid, werd geweerd van de kandidatenlijst voor de Tweede Kamerverkiezingen. Zoals gewoonlijk sloten de partijgelederen zich en ook in de Kamerfractie werd de opstand tegen Roemers hardhandig neergeslagen. Het maoïstische DNA laat zich nog steeds gelden binnen de SP-partijcultuur en dat komt ook tot uiting in de wijze waarop de afdrachtregeling opgelegd wordt. Wie weigert de partij inzage te geven in zijn belastingaangifte en inkomsten boven de 2500 euro af te staan maakt geen kans op een betaalde baan als SP-vertegenwoordiger, op lokaal niveau, in de provincie of in de Eerste of Tweede Kamer.  Het doet denken aan het communisme van weleer in de Sovjet-Unie en China dat ook met de nodige dwang gepaard ging en de socialistische heilsleer, nu door de SP in een modern jasje gestoken, een slechte naam bezorgde.

Elma Verhey ontdekte de gewone mensch  en verdient een standbeeld

Tien jaar geleden brak er al eens een opstand uit tegen het stalinistische gedrag van het SP-partijbestuur toen Düzgün Yildirim met voorkeurstemmen werd gekozen als Eerste Kamerlid. Dat zinde de partijtop niet, waarna Yildirim gedwongen werd zijn functies binnen de partij neer te leggen en hij het Comité Democratisering Socialistische Partij oprichtte. Elma Verhey, die nu voor ThePostOnline schrijft, was toen hoofdredacteur van het SP-partijorgaan Tribune en zij wilde een artikel plaatsen met daarin kritiek op de rigide partijorganisatie. Je voelt het al aankomen: ook zij werd uit de partij gebonjourd. Elma Verhey verdient trouwens een standbeeld op de stoep voor de TPO-burelen, want toen Bert Brussen – immer op de bres voor het vergeten volk – nog in luiers rondscharrelde, schreef zij al spraakmakende reportages in Vrij Nederland over de gewone mensch (op de camping of in een achterstandswijk) die zich bedreigd voelde door de toestroom van buitenlanders – later de niet-westerse allochtonen genoemd. Pompt werd zij beschuldigd van het verspreiden van racistische (daar zijn we weer !) propaganda door onder meer de club van journalisten, de NVJ.

Inmiddels is er het een en ander veranderd in Nederland met Geert Wilders als luidruchtig strijder tegen de islam en massa-immigatie, en een opportunistische premier die op doorzichtige wijze de PVV-stemmers probeert te paaien met een beroep op de stille meerderheid die zich niet meer thuis voelt in eigen land. Maar de SP houdt nog steeds vast aan de strakke partijhiërarchie van weleer die gewone leden alleen mondjesmaat (geregisseerde) zeggenschap geeft. Ondertussen doet Ronald van Raak alsof zijn neus bloedt en steekt de loftrompet over de fantastisch functionerende SP-democratie. Ook schreef deze democraat in hart en nieren vurig over de noodzaak van referenda, onder de titel ‘Pak de democratie terug’:

 

“Vroeger dacht ik dat mensen op topposities ook heel intelligent zijn. Ondertussen heb ik geleerd dat de elite het heus niet altijd beter weet. Ook mensen die verantwoordelijk zijn voor het publieke belang laten zich niet zelden leiden door misvattingen en vooroordelen – net als ieder ander. Het referendum is een mooi middel voor de bevolking om hun bestuurders te corrigeren. Op het moment dat het volk zich niet meer herkent in haar vertegenwoordigers.”

 

Het SP-partijprogramma geeft de burger geen werkelijke macht

In het SP-partijprogramma is overigens wel het correctief referendum opgenomen, waarmee al genomen besluiten ongedaan gemaakt kunnen worden, maar niet het volksinitiatief, dat de burgers de mogelijkheid geeft zelf voorstellen te doen en dus veel verder gaat qua directe zeggenschap. Ook de gekozen burgemeester schittert door afwezigheid in het partijprogram. Bestuurders moeten gecorrigeerd kunnen worden door het volk maar het is kennelijk ook weer niet de bedoeling om ‘de vertegenwoordigers’ buiten spel te zetten door de bevolking echt macht te geven. En als het om de SP zelf gaat, is het corrigeren van de partijtop veelal een kansloze aangelegenheid binnen de huidige, autoritaire, manier van opereren.

Even terug naar de revolutionaire roots van de Socialistische Partij

Even een historisch intermezzo om in herinnering te brengen hoe het communisme, het fundament waarop de SP zich ontwikkeld heeft richting de socialistische ideeën van nu, ontstaan is Na de revolutie in maart 1917 in Rusland, waarbij Tsaar Nicolaas tot aftreden werd gedwongen kwam er een voorlopige regering die vrijheid van meningsuiting, pers en vergadering afkondigde.

Deze burgerlijke revolutie strookte niet met de revolutionaire opvattingen van de communisten (de bolsjewieken) onder  leiding van de in april 1917 uit ballingschap teruggekeerde Vladimir Iljitsj Oeljanov, beter bekend als Lenin. Eind oktober pleegden ze een staatsgreep waarbij overheidsgebouwen en elektriciteitscentrales werden bezet, het Winterpaleis, waar de voorlopige regering zetelde, bestormd en kranten van oppositiepartijen gesloten. De bolsjewieken, vernoemd naar het Russische woord voor meerderheid, lieten de al eerder overeengekomen verkiezingen voor de Grondwetgevende Vergadering op 25 november doorgaan. Toen bleek echter dat zij hun naam niet konden waarmaken: de bolsjewieken kregen slechts 23 procent van de in totaal 41 miljoen uitgebrachte stemmen, 168 afgevaardigden; de meer gematigde, democratische sociaal-revolutionairen  41 procent en 380 afgevaardigden.

De communistische heilstaat is gegrondvest op terreur en massamoord

De oplossing van de communisten was simpel: het gebouw van de Grondwetgevende Vergadering werd op 6 januari 1918 gesloten, de democratie in Rusland afgeschaft. Het zou tot 1993 duren voordat er weer vrije verkiezingen voor het parlement, de Doema, zouden komen. Er volgde een periode van communistische terreur: onder de meedogenloze leiding van Lenin, in het tijdvak 1917- 1922 vielen er 9 miljoen doden, onder Stalin werden tussen 1924 en 1953 naar schatting 20 miljoen mensen om het leven gebracht. Je moet er wat voor over hebben, maar dan heb je ook wat: de communistische heilstaat. Desnoods zonder bevolking. Je vraagt je af hoe iemand het in dit land het nog in zijn hoofd heeft durven halen een communistische dan wel maoïstische – Mao voert de lijst aan van communistische massamoordenaars met 40 miljoen doden –  partij op te richten met de revoluties in Rusland en China als lichtend voorbeeld. Daan Monjé, grondlegger van de Socialistiese Partij, leek het wel een goed idee, en zorgde er – later met hulp van Jan Marijnissen – voor dat de partij met strakke hand geleid werd door een kleine groep gestaalde kaders.

Hoog tijd om de oude communistische veren af te schudden!

Als de Socialistische Partij echt iets wil betekenen voor (links) Nederland en ooit op het regeringspluche wil komen is het hoog tijd – qua partijorganisatie en een open benadering van de reële zorgen van de achterban – de oude communistische veren af te schudden en democratie, binnen en buiten de partij, niet alleen naar de letter maar ook naar de geest te aanvaarden. Gezien zijn fiere houding tegenover ‘de elite’ zal Ronald van Raak ongetwijfeld zijn capaciteiten willen inzetten voor de modernisering van de democratie in het land en bij de SP, onder het motto: Pak de democratie terug!