SP-Kamerleden Harry van Bommel en Ronald van Raak willen van het kabinet weten waarom de AIVD cruciale informatie over jihadisten in Syrië afwijst. Aanleiding vormt het relaas van de Nederlandse vrijwilliger ‘Salem’ in het DNP-artikel ‘Nederlandse jihadisten zijn kanonnenvoer in Syrië’, afgelopen vrijdag. Acht maanden vocht hij in Syrië aan de zijde van het Vrije Syrische Leger. Bij terugkeer belde en faxte hij “vier of vijf keer” met de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst AIVD in Zoetermeer met de vraag of de dienst interesse heeft in belangrijke informatie over extremistische moslims.
Hij kent in Syrië 22 jihadistische organisaties, en de aanvoerlijnen van belangrijke mannen van Al Qaida en mannen die zijn vrijgelaten uit gevangenis van Guantánamo Bay. “Ze zeiden me: ‘We beginnen hier en daarna pakken we de joden’.”
Bij de AIVD kreeg hij een vrouw aan de telefoon. “Ze nam mijn naam en telefoonnummer op. Daarna heb ik niks meer gehoord. Misschien hebben ze te veel werk,” meldde hij DNP. De Nederlandse ambassade in Tripoli wilde ze de Nederlandse Libiër over het onderwerp niet te woord staan.
Harry van Bommel: “Dit is te erg voor woorden. Nederland heeft in Syrië geen oren en ogen meer. Gratis informatie afslaan is oliedom. Zo missen we ook een kans om voormalige jihadisten goed op te vangen en indien nodig Nederland tegen hen te beschermen.”
Kamerleden Van Bommel Van Raak willen van minister Ronald Plasterk van Binnenlandse Zaken en Frans Timmermans van Buitenlandse Zaken weten wat ambtenaren doen “aan vergaring van informatie” onder terugkerende Nederlandse Syrië-gangers. “Wordt daar naar uw oordeel voldoende naar gezocht en gebruik van gemaakt?”
Schaarse bron
De lakse houding van AIVD in de zaak ‘Salem’ staat in schril contrast met de ronkende woorden in het jaarverslag van de dienst over 2012. Daarin staat: “Veel van de inspanningen van de AIVD zijn gericht op het onderkennen van reizen en de intentie die jihadisten hebben om Nederland te verlaten. Ook onderzoekt de AIVD de reisbewegingen vanuit jihadgebieden naar Nederland en – in meer algemene zin – Europa. Relevante reisroutes van jihadisten van en naar het Westen in kaart brengen en er zicht op hebben behoort tot de belangrijke onderdelen van het terrorismeonderzoek.”
Herijking
In de praktijk blijkt dat verzamelde informatie van de geheime dienst over jihadisten soms niet deugt. Zo stelt het AIVD-jaarrapport 2012 dat er geen aanwijzingen zijn dat in Nederland georganiseerd jongeren worden geronseld voor de heilige oorlog in Syrië. Wel wordt een belangrijke rol toegedicht aan internet, “en dan met name sociale media, en bestaande vriendschappen spelen een rol in de beïnvloeding”.
Door een publicatie van de Volkskrant is deze bewering inmiddels onderuit gehaald. De krant meldde op 18 april de aangifte in Den Haag van ouders van vier jongeren die wel degelijk zijn geronseld voor Syrië. Op de opiniepagina van NRC Handelsblad van 25 april 2013 pleitte onderzoeker Constant Hijzel voor “een herijking van van nut en noodzaak van het werk” van de AIVD.
Jihadgang
En nu laat de dienst belangrijke informatie van ‘Salem’ achteloos liggen. Deze fout kan niet op een slechter moment komen. De AIVD ziet binnen een paar jaar de begroting krimpen van een slordige 195 miljoen euro naar 125 miljoen euro en wil graag de eigen onmisbaarheid aantonen.
In een reactie meldt een woordvoerder dat de AIVD nooit mededelingen doet over meldingen of melders, maar dat in het algemeen “alle meldingen worden bekeken op bruikbaarheid”.
Meer van Karskens? Neem een abonnement op DeNieuwePers!