De VVD heeft woensdag rake klappen gekregen in het stemhokje, maar dat zag de VVD zelf toch heel anders. Ten opzichte van 2011 een winst van maar liefst 25 procent, dus volgens de VVD een teken dat ze op de goede electorale weg zitten en het juiste beleid voeren. Ook de PvdA heeft rake klappen gekregen in het stemhokje, maar dat zag de PvdA zelf toch heel anders. De effecten van hun fantastische maatregelen zijn nog niet merkbaar voor iedereen, aldus de PvdA, dus moeten ze nog harder hun best doen zodat iedereen zo snel mogelijk kan zien hoe goed ze in het kabinet bezig zijn voor u. Snapt dat nou!
De waarheid werd, u snapt ‘m al, weer grof geweld aangedaan. De VVD levert drie senaatszetels in, de PvdA verloor in 393 van de 393 Nederlandse gemeentes en raakt 6 Senaatszetels kwijt, en de coalitie heeft geen meerderheid meer in de Eerste Kamer. Toch werd er nog net niet juichend gereageerd op de uitslagen. En daar is een – inmiddels welbekend – woord voor: spinnen.
We kunnen het ook noemen wat het werkelijk is: het structureel beledigen van de intelligentie van de kiezer. Maar dat is niet alleen op het conto van de politicus te schrijven. Wij verwachten namelijk het onmogelijke van politici. Ze moeten “lekker gewoon zijn”. Want daar houden wij Nederlanders van: mensen die een carrière hebben, mogen niet te veel malle kapsones krijgen. Zoals Jan Smit, of Geer en Goor. Jongens die ook lekker een biertje drinken of gezellig een rosétje openknallen tijdens de gourmetsessie in een Roompot vakantiehuisje. Dat de kosten van de haarimplantaten van Geer alleen al de gemiddelde huurwoning drie jaar lang kunnen financieren, en dat er weinig gewoon is aan de Zuid-Afrikaanse pied-à-terre van Goor, dat vergeven wij hen.
Zolang ze de schijn maar op houden van “lekker gewoon” te zijn. Zo ook politici. Ook zij moeten vooral lekker gewoon zijn – want toegeven dat je al jaren geen poot meer in de modder hebt gezet, is politieke zelfmoord. Dus liever op een skateboard “lekker gewoon” op je bek gaan, of op nationale televisie de stijfste Macarena ooit opvoeren, dan toegeven dat je zelf niet zo down to earth bent als de meeste gewone Nederlanders wier stem je wilt hebben. De resultaten van deze leugenachtige onoprechte paringsdans tussen politici en kiezer zorgt voor zeer pijnlijke momenten.
Behalve “lekker gewoon” moeten onze politici wel ongewoon genoeg zijn om op te vallen. Niet te veel, anders valt hen óók weer hoon ten deel. In een tijd waarin ophef op sociale media kan zorgen voor een ANP Persalarm, kun je veilig stellen dat we te maken hebben met een verhoging van trivialiteit en fragmentatie in de politieke verslaggeving. Of, in lekker gewoon Nederlands: het gaat helemaal nergens meer over. Toch willen we bij elke politieke scheet meteen een stukje duiding, een soundbite of een commentaar – het liefst een beetje “scherp” (lees: ondoordacht), want met een beetje geluk zorgt het voor nieuwe ophef.
Politici die dit spel goed weten te spelen zorgen voor voldoende media-aandacht. Die kunnen dan weer op hun jaargesprek mooi laten zien welke ANP’tjes ze hebben gehaald en welke opiniestukken zijn geplaatst, wat weer kan resulteren in een hoge plek in de fractiepikorde en uiteindelijk misschien ook op de kieslijst. Omdat er maar weinig mensen zijn die een natuurlijk talent hebben voor PR, is er een hele nieuw semipolitieke klasse ontstaan van spindoctors en woordvoerders die dag en nacht in de weer zijn om het spel zo goed mogelijk te spelen.
Resultaat: politici beantwoorden de vraag die ze hadden willen horen, in plaats van de vraag die wordt gesteld. Verkiezingsnederlagen worden uitgelegd als iets goeds. Gesjoemel met standpunten of compleet draaien op dossiers wordt vertaald als “verantwoordelijkheid nemen” of “over je eigen schaduw heen springen”. Het is zelfs zo erg gesteld, dat wij al een dag voor de verkiezingsuitslagen precies kunnen voorspellen hoe politici verlies of winst zullen framen in hun speeches. Letterlijk tot de soundbite af.
Zodra de politiek, en met name de politieke PR, gaat bestaan uit hersendodend, voorspelbaar verantwoordelijkheid vermijdende bingo, stoppen mensen met luisteren. Stoppen mensen misschien ook wel met stemmen. Want we weten toch al wat er gezegd gaat worden. En we weten toch allemaal dat het geen ene fuck uitmaakt. En wie zijn schuld is dat nou precies? Politici moeten niet “lekker gewoon” willen zijn. Politici moeten eerlijk zijn. Tegen de kiezer, maar ook tegen zichzelf. Zeker als ze net een grandioos verlies hebben moeten incasseren.