Het seniorencomplex Henricushove in Wehl, de Sint-Martinusschool in Gaanderen, wijkcentrum De Zuwe en kunstgalerie Het Web, allebei in Doetinchem. Die hebben met elkaar gemeen dat de kiezers hier bij de verkiezingen van 15 maart niet meer kunnen stemmen, omdat de stembureaus die hier altijd waren door de gemeente Doetinchem worden wegbezuinigd. De reden die de gemeente hiervoor geeft is nogal dubieus, namelijk dat bij het Oekraïne-referendum ook minder stemhokjes waren ingericht. Uit een evaluatie door de Kiesraad blijkt dat in het hele land voor het Oekraïne-referendum maar liefst duizend minder stembureaus werden ingesteld. De Kiesraad zegt dat het aantal stemhokjes ‘in opvallende mate achterbleef’ in vergelijking met gewone verkiezingen en ook dat ‘het ongewenst moet worden geacht’ dat kiezers in de ene gemeente ‘substantieel meer moeite moeten doen’ om hun stem uit te brengen dan in andere gemeenten.
Een belangrijke reden die burgemeesters gaven was dat zij verwachtten dat de opkomst bij het Oekraïne-referendum laag zou zijn en dat daarom ook minder stemhokjes nodig zouden zijn. Maar ja, als je het mensen maar moeilijk genoeg maakt om te stemmen, zal de opkomst vanzelf lager worden. Bovendien is het helemaal niet aan de burgemeesters om allerlei meningen te hebben over het stemmen, ze moeten er gewoon voor zorgen dat iedere kiezer gemakkelijk kán gaan stemmen – ook mensen die wat ouder zijn of wat minder goed te been. Helemaal te gek is dat sommige gemeenten eerst volop klaagden dat ze te weinig geld kregen om voldoende stembureaus in te richten, maar dat ze het extra geld dat we ze gaven doodleuk in hun eigen zak staken. Bij het Oekraïne-referendum kan ik mij niet aan de indruk onttrekken dat sommige burgemeesters het allemaal wel best vonden en het liefst helemaal geen hoge opkomst wilden.
Nu dreigt precies te gebeuren waar ik destijds voor gewaarschuwd heb: gemeenten die bij het referendum vonden dat ze toe konden met minder stembureaus, vinden dat dit bij de komende verkiezingen ook wel kan – zoals in Doetinchem. In haar evaluatie van het Oekraïne-referendum zegt de Kiesraad dat in veel andere landen de hoeveelheid stembureaus wettelijk is geregeld. In ons land is dat aan de gemeenten, die hier een vast bedrag voor krijgen. Als gemeenten besluiten om minder stemhokjes in te richten, mogen ze het geld dat over blijft gewoon houden. De Kiesraad stelt voor om gemeenten meer ‘handvatten’ te bieden, om te voorkomen dat het voor kiezers in wijken waar de opkomst toch al laag is nóg moeilijker wordt om te stemmen. Minister Plasterk zou verantwoordelijkheid moeten nemen en sluiting van stembureaus moeten voorkomen.
Als u hoort dat in uw gemeente wordt bezuinigd op stemhokjes, laat het me dan vooral weten.