Column

Stop met coalitieonderhandelingen, het wordt tijd voor een zakenkabinet

17-03-2017 15:56

Nederland heeft besloten, en hoe. Het electoraat is verdeelder dan ooit. De VVD scoort als enige (!) partij boven de twintig procent, een uitslag die wat dat betreft geen precedent kent. En dat is een goede zaak: er viel heel wat te kiezen deze keer, en de kiezer hééft gekozen – in plaats van zich te laten verleiden tot een strategische stem. De herhaaldelijke roep vanuit de grote partijen en de media, die allemaal baat hadden bij een spannende horse race, is fier genegeerd. En er zijn zelfs nog twee extra partijen bijgekomen, in de vorm van Forum voor Democratie en DENK. Eigenlijk hebben wij, kiezers, precies dát gedaan waar de Tweede Kamerverkiezingen voor bedoeld zijn: we hebben niet zozeer de premier gekozen, maar vooral het parlement samengesteld.

Stop de coalitieonderhandelingen

Inmiddels zijn de eerste verkennende gesprekken tot de vorming van een coalitie van start gegaan en zal Edith Schippers de mogelijkheden onderzoeken om tot een coalitie te komen. Maar: als de partijen recht willen doen aan de uiterst gesegmenteerde wil van het volk, dan doen zij er verstandig aan om met de traditie van coalitiebesprekingen te breken. Wat Nederland vraagt is een zakenkabinet, dat bestaat uit partijonafhankelijke bestuurders die zonder coalitieakkoord het land draaiende houden. Dit zal zorgen voor een betere, democratischere controle op de macht en de beste bestuurders. Bovendien hebben onze middenpartijen op de lange termijn zelf ook baat bij een zakenkabinet.

Weg met het coalitieakkoord

Nu de kiezerswil gefragmenteerder is dan ooit, past het niet wanneer slechts enkele partijen alle meerderheden op de belangrijkste onderwerpen claimen. Zeker nu er minstens vier partijen nodig zijn voor een meerderheid, zal een coalitieakkoord leiden tot schimmige uitruilen en waterige compromissen waar geen Nederlander zich in zal herkennen. Laten we daarom afstappen van het idee dat er eerst een dichtgetimmerd regeerakkoord zal moeten worden uitonderhandeld, waarna de betreffende partijen zich daar vier jaar lang aan proberen te committeren. Nederlanders hebben behoefte aan duidelijke beslissingen die op een breed draagvlak kunnen rekenen. Het zou vanuit democratisch oogpunt dus zeer logisch zijn als het kabinet geholpen wordt door wisselende meerderheden, waarbij niet een vaste coalitie de dienst uitmaakt maar er per onderwerp wordt gekeken welke partijen voor het gewenste draagvlak voor een bepaald voorstel kunnen zorgen.

De beste bestuurders

Naast het overslaan van een coalitieakkoord, zou het parlement meteen kunnen doorpakken door het kabinet niet te laten bestaan uit de gebruikelijke partijtijgers die we normaliter in de regering aantreffen. Heel vaak zijn zulke carrièrepolitici, die zich bewezen hebben door jarenlange trouwe dienst, gewoon maar ‘aan de beurt’ – vaak met catastrofale gevolgen. Wie kent bijvoorbeeld Frans Weekers nog? De gewezen VVD-staatssecretaris van Financiën is begin 2014 opgestapt, omdat hij zijn eigen Belastingdienst niet tot nauwelijks onder controle bleek te hebben. Of neem Lodewijk Asscher (PvdA), die als Amsterdamse wethouder de hoofdstad in een financiële chaos stortte, waarna zijn partij hem doodleuk de kans gaf om ook als minister (van Sociale Zaken) faliekant te mislukken. Overigens is besturen een totaal ander metier dan vertegenwoordigen en controleren. Zie de totale mislukkingen in het geval van bijvoorbeeld Ard van der Steur, Fred Teeven en (in iets mindere mate) Jeanine Hennis (VVD), die het als parlementariër best leuk doen maar er op hun ministeries een potje van hebben gemaakt. Dus: in plaats van dat de partijen de komende maanden gaan onderhandelen over welk poppetje welke kabinetspost mag innemen, is het beter om niet de eigen partijmensen in te zetten maar om de vacatures voor de kabinetsposten open te zetten en op zoek te gaan naar de beste, partijonafhankelijke bestuurders. Immers is slechts twee procent van Nederland lid van een partij, en bestuurlijk talent is er te over.

Betere dualiteit

Een zakenkabinet zorgt niet alleen voor een democratischer functionerend parlement en voor betere bestuurders, maar leidt er tevens toe dat het parlement zich genoodzaakt ziet om het kabinet beter te controleren. In dat geval waren patjepeeërs van het kaliber Van der Steur of Opstelten veel eerder weggestuurd, omdat er geen vaststaande coalitie meer zou zijn die hen de hand boven het hoofd had kunnen houden. Maar, aangenomen dat een zakenkabinet tot een grotere kans leidt om competente bestuurders in het zadel te helpen, is een misschien nog belangrijker voordeel van een zakenkabinet dat ook goed functionerende ministers scherp worden gehouden door een onafhankelijk parlement dat niet aan datzelfde kabinet gebonden is. Dan was, bijvoorbeeld, nooit toegestaan dat Zorgminister Schippers haar eigen man liet profiteren van haar eigen beleid. Of zou minister Kamp (Economische Zaken) veel eerder door de Kamer zijn gemaand om de gaskraan wat verder dicht te draaien dan nu het geval is. De dualiteit moet terug.

Strategisch voordeel voor partijen

Hoezeer een zakenkabinet Nederland ook verder vooruit zou helpen, lijkt het er nu al op dat de traditionele partijen zich daar niets van aan zullen trekken. Naast de VVD hebben ook D66 en het CDA, even machtsgeil als altijd, al aangegeven te willen regeren. Ook voor GroenLinks en ChristenUnie lonkt nu serieus de macht. Echter zijn het nu juist deze middelgrote partijen die op den duur zullen profiteren van een zakenkabinet, mits zij dit snelle pleziertje van kabinetsdeelname kunnen weerstaan. Het zijn namelijk steevast de ‘junior partners’ in een kabinet die, omdat zij geen premierbonus kunnen innen, bij volgende verkiezingen het hardst worden afgestraft – de decimering van de PvdA is daar het meest recente voorbeeld van. Onder een zakenkabinet kunnen de partijen zich onverdroten blijven profileren, en zo het risico verminderen om over vier jaar weggevaagd te worden. Het enige tegenargument – naast het wegvallen van de gebruikelijke kabinetsbaantjes en de zekerheid van de macht – dat ik zou kunnen bedenken, is dat de vorming van een zakenkabinet betekent dat de middenpartijen niet hun ‘verantwoordelijkheid’ zouden durven pakken voor het landsbestuur. Maar dat is nou nét waar een zakenkabinet voor bedoeld is: niet slechts enkele partijen, maar het gehele parlement heeft dan een gezamenlijke verantwoordelijkheid om tot de noodzakelijke meerderheden te komen.

Praktische uitvoering

Let wel: ook in het geval van een zakenkabinet blijven de partijen hun beslissende rol behouden. Want mocht de optie van een zakenkabinet daadwerkelijk tot de serieuze mogelijkheden gaan behoren, dan zal deze uiteindelijk alsnog door de partijen worden samengesteld. Dat is trouwens niet zo erg, immers hebben wij deze partijen zelf in het parlement gestemd. En vooruit: wat mij betreft is Mark Rutte, wegens zijn bewezen managerskunsten en ideologische leegheid, prima in staat om zo’n zakenkabinet te leiden. Dit soort praktische invullingen doen verder niet af aan de belangrijkste voordelen van een zakenkabinet: het ontbreken van dichtgetimmerde coalitieakkoorden en vooruitgeschoven partijbobo’s, waardoor het parlement onafhankelijker en democratischer kan opereren en waardoor de regering zal bestaan uit echte vakmensen met bewezen bestuurskwaliteiten. Dus, parlement: denk aan het landsbelang, en gooi snel die kabinetsvacatures open (ik zoek nog werk).