Het ANP schreef maandag dat ik van de Nederlandse Europarlementariërs ‘bovengemiddelde inkomsten’ heb door bijvoorbeeld een betaald voorzitterschap. Verschillende media namen dit bericht over. Geen van hen belde me om te vragen hoe dit precies zit. Ik heb als Europarlementariër namelijk nooit iets bijverdiend naast mijn salaris. Het persbureau baseert zich op Transparency International dat stelt dat ik voor nevenactiviteiten tussen de 0 en 500 euro per maand krijg. Omdat ik voor veel (maatschappelijke) organisaties in besturen of Comités van Aanbeveling zit werd kennelijk uitgegaan van de maximale vergoeding.
Mijn nevenactiviteiten voer ik echter op vrijwillige basis uit en dragen bij aan mijn verbinding met mensen en relevante organisaties voor mijn werk. Vaak helpt het organisaties zoals het Model Europees Parlement voor scholieren, of klokkenluiders site Publeaks als ze steun van verschillende mensen hebben. Lidmaatschap van de European Council on Foreign Relations komt neer op een kennisnetwerk, en is niet te vergelijken met een bestuursfunctie. In het kader van maximale transparantie heb ik het wel opgegeven.
Dit is de officiële verklaring die ik op 1 juli 2014 bij het Europees Parlement indiende en die via de website van het Europees Parlement beschikbaar is. Ik heb die vandaag voor de volledigheid nog duidelijker ingevuld en opnieuw ingediend.
Daarnaast wordt op basis van gegevens van IntegrityWatch.eu ook over de aanwezigheid van Europarlementariërs bij stemmingen gesproken. Deze gegevens zijn echter gebaseerd op de aanwezigheidscijfers van de stemmingen van twee Straatsburg sessies. Dat zijn de sessies in juli van dit jaar. Ik ben tijdens één van die weken, bij wijze van hoge uitzondering, een dag eerder naar Nederland terug gegaan omdat ik tante was geworden. Daardoor staat er nu een aanwezigheidspercentage van 55 procent.
De cijfers uit het vorige mandaat, bijgehouden door Votewatch.eu, geven een vollediger beeld. Ik deed mee aan 92,34 procent van de hoofdelijke stemmingen, diende 397 resoluties in, stelde 195 parlementaire vragen, gaf 153 speeches in de voltallige zaal, amendeerde 122 rapporten, en was hoofdverantwoordelijk voor 3 rapporten. Votewatch concludeert dat ik daarmee op de 57e plek van alle parlementariërs scoorde.
Toch blijft het werk van een parlementariër moeilijk in statistieken alleen te vatten. Een stem op een cruciale stemming zegt meer dan aanwezigheid alleen. Zeventig uur per week werken om de democratie te versterken, en de publieke zaak te dienen kan je alleen met hart en ziel doen. Helaas is nauwelijks aandacht voor de inhoud van ons werk en voor de motivatie om het te doen. Daardoor wordt te weinig licht geschenen op zaken die niet in aanwezigheidscijfers te vangen zijn.
