We leven in een revolutionaire tijd. De aardbeving die de verkiezing van Donald J. Trump als 45e president van de Verenigde Staten teweeg bracht doet ook West-Europa in het algemeen en de Haagse kaasstolp in het bijzonder op de grondvesten schudden. Je kon het aan asgrauwe gezichten van de usual suspects op het Binnenhof – Samson, Buma en Pechtold – na de verkiezingsnacht aflezen: ze zijn doodsbang dat ook in Nederland de politieke pleuris uitbreekt en dat ze het pluche waarmee ze vergroeid zijn moeten opgeven onder druk van het boze gepeupel.
Het doet me denken aan de roerige maand mei van 2002 toen Wilhelmus Simon Petrus Fortuyn de macht dreigde te grijpen in Den Haag, maar een week voor de verkiezingen werd doodgeschoten door milieuactivist Volkert van der Graaf. Dat kwam het politieke establishment inclusief koningin Beatrix wel erg goed uit. De theorie van schrijver Tomas Ross dat het mogelijk om een complot ging – een kogel die de voorkant van het hoofd van Fortuyn binnenkwam terwijl Volkert hem van achteren beschoot, en de politie die heel toevallig in grote getale ter plekke was om Van der Graaf onmiddellijk te arresteren – is bij mijn weten nooit afdoende onderzocht (misschien een idee voor Geert Wilders indien hij volgend jaar premier mocht worden).
Op de avond van de moord op Fortuyn braken er rellen uit rondom het Binnenhof en werden er leuzen geroepen als ‘Melkert, moordenaar!’ (dat was de toenmalige PvdA-leider die glorieus afging in een televisiedebat met Fortuyn) en ‘Kok, gluiperd!’, oftewel Wim Kok, de premier destijds. De man trouwens die met zijn driestapscarrière, vakbond-premierschap-commissariaat ING, de verstrengeling van politiek en zakenleven belichaamt: de elite die goed voor zichzelf zorgt en de kiezer met lege handen achterlaat. Eén van de belangrijkste oorzaken van de revolte van de veronachtzaamde kiezers in Amerika en Europa. Ad Melkert en consorten scheten toen zeven kleuren stront bij de gedachte dat een politieke avonturier met zijn hart op de tong zomaar de macht kon overnemen van een bestuurlijke kaste die al decennia gewend was de lakens uit delen.
Nu heeft een realityster met een grote bek en nul politieke ervaring de macht gegrepen in Washington, met als gevolg dat de afgelopen dagen politici als Samson, Asscher en Pechtold zich voor de camera’s van Pauw en DWDD verdrongen om het vege lijf en Het Politieke Systeem Zoals Het Altijd Geweest Is te redden. Want stel je voor dat de geblondeerde demagoog hier op dezelfde manier stunt als Donald Trump in Amerika. Diederik Samsom stelde met zijn gebruikelijke bravoure dat de middenpartijen zoals PvdA, CDA, VVD en D66 lessen hadden geleerd door Fortuyn. Zou het echt ? Ja, cosmetisch is er misschien iets veranderd nu ook politici van de VVD en PvdA bijvoorbeeld durven te constateren dat Marokkaantjes relatief erg veel (criminele) ellende veroorzaken en nu Mark Rutte stoer roept dat met rode vlaggen zwaaiende Nederturken gerust mogen oppleuren naar hun paradijs aan de Bosporus. Maar dat zijn nog geen daden en er blijkt ook niet uit dat zij van plan zijn de tekortkomingen van de vertegenwoordigende democratie aan te pakken en de wensen van de meerderheid van de bevolking serieus te nemen.
PvdA-kopstuk Lodewijk Asscher, oftewel Lodewijk de Heilige, zalfde bij DWDD dat hij niet in de politiek is gegaan om ‘te zeggen ‘wat het volk vindt’. Nee, hij wil ‘het onrecht dat mensen ervaren bestrijden’. Oftewel: hij weet beter dan de mensen in het land wat goed voor ze is. Dat soort paternalisme, terwijl we toch echt in 2016 leven, is kenmerkend voor de regentenklasse die al sedert het begin van de vorige eeuw de baantjes verdeelt in Den Haag. Alexander Pechtold verwoordde het op deze manier bij RTL Late Night: ‘Politici moeten vaak impopulaire maatregelen nemen om ervoor te zorgen dat de zekerheden in de nieuwe tijd behouden blijven.’ Hij beslist voor ons welke zekerheden en op welke wijze behouden moeten worden. Terwijl je anno nu toch echt wel aan de mondige burger kan vragen, als die bijvoorbeeld graag een goede gezondheidszorg zonder eigen risico wil, hoe dat gefinancierd zou moeten worden. Belangenafweging hoeft in deze digitale tijd waarin met een muisklik een schat aan informatie beschikbaar is niet meer alleen het privilege van een handjevol gezagsdragers in Den Haag te zijn.
Als je dit soort taal hoort van de politieke fossielen, die nu zelfs vaak door praatprogramma’s geweerd worden vanwege hun diarree aan gemeenplaatsen, ga je er echt naar verlangen dat iemand eens de boel flink opschudt in Den Haag, zoals Donald Trump het doet in Amerika. Op 15 mei 2002 zou ik op Fortuyn gestemd hebben indien hij nog geleefd had. Maar de revolutionaire geest werd door de gevestigde orde al snel weer terug in de fles gedrongen en sindsdien is de frustratie over de zelfgenoegzame elite bij de Nederlanders die machteloos aan de zijlijn moeten toekijken alleen maar toegenomen. En dat heeft geresulteerd in de verrijzenis van een geblondeerde demagoog die met het erfgoed van dr. W.S.P.F. Fortuyn aan de haal ging, maar dan zonder diens intelligentie, academische finesse, gevoel voor humor en joie de vivre.
Dat we het nu moeten doen met een uitgebeende, rauwe versie van Pim Fortuyn als vertolker van de volkswoede is louter de schuld van de kaasstolpkaste die de (deels politiek-incorrecte) verlangens van ‘het volk’ na het verdwijnen van Pim Fortuyn is blijven negeren. En zodoende de deksel stevig op de snelkookpan hield waardoor de druk tot explosieve hoogte is gestegen en de tegenstellingen nog meer zijn verscherpt. Neem het heikele punt van de immigratie: de buitenlanders, de niet-westerse allochtonen, in newspeak ‘inwoners met een migratieachtergrond’. Waar het vooral om draait is het alom gevoelde onbehagen over de moslims van orthodoxe snit (uit onderzoek blijkt dat 54 procent van de 700.000 moslims zich daartoe rekent). Zeg maar mensen met, zoals Pim Fortuyn het noemde, een achterlijke cultuur.Ik woon toevallig in een Rotterdamse wijk waar het straatbeeld gedomineerd wordt door gehoofddoekte vrouwen in donkere jassen tot hun enkels (ook in de zomer), en veel in djellaba gehulde mannen op sandalen (ook in de winter). Overal halalrestaurantjes en winkels met achenebbisjspullen voor een paar euro. Ook nadrukkelijk aanwezig Marokkaanse jongens met opgeschoren nekken, rond scheurend op een scooter of in een VW Golf. Last heb ik niet van ze, maar ik moet zeggen dat het al met al een deprimerend schouwspel is. Het aanzien van Nederland in de 21e eeuw: een primitieve cultuur die zich in de grote steden in toenemende mate op de voorgrond dringt. Betekent het dat ik die mensen in kampen wil laten opsluiten of het land uit wil laten zetten? Nee. Maar ik vind wel dat we niet nog meer mensen met normen en waarden (en kleding) uit de 7e eeuw moeten binnenlaten. Een streng toelatingsbeleid zoals Denemarken dat heeft; dat is daarom nog geen fascistisch land.
Niet slechts de politici maar ook de media hebben sedert 11/9 last van posttrumpiaanse stressstoornis (PTSS). Journalisten trekken het boetekleed aan en de baas van de publieke omroep, Shula Rijxman, vroeg zich in de Volkskrant af of de mainstream media wel weten wat er speelt op straat. Dat liet de courant voor de hoogopgeleide elite, de (of het) NRC, zich geen twee keer zeggen en prompt werden er twee verslaggevers naar het plaatsje Landgraaf in Limburg (Wilders country) gestuurd om de revolutionaire stemming van de gewone mensch te peilen. Daar troffen ze het echtpaar Jo en Peggy Huntjes, dat haarfijn kon uitleggen waar de schoen wringt in ons hypocriete landje. Zij is onderwijzeres en stemde altijd D66. ‘Het is een jaar of twintig geleden begonnen. De inspectie. De CITO-toetsen in elke klas. Kleuters die voortijdig naar groep 3 moeten. Ze hebben de lat almaar hoger gelegd. Het tempo is moordend. Ze hebben het onderwijs kapotgemaakt.’
Het echtpaar heeft een programma voor de revolutie: ‘Trek de lonen gelijk! Ik snap dat een werkgever liever twee Polen in dienst neemt voor het geld dat hij aan één Nederlander betaalt, maar de overheid moet ons daartegen beschermen. Verlaag de pensioengerechtigde leeftijd! Op kantoor kun je wel een paar jaar langer doorwerken, maar een vriend van ons is stukadoor, net 50 en al half versleten. De werkende mens wordt altijd gestraft. Leenstelsel weg, basisbeurs terug!’
Het echtpaar verdient 2,5 keer modaal maar kan hun dochters niet steunen. De oudste is net doktersassistente, de jongste studeert voor chemisch laborant. Zij beginnen hun leven met een schuld. ‘Schaf het eigen risico in de gezondheidszorg af, meer tijd voor de ouderenzorg! Nederland is rijk’, zegt Jo Huntjens. ‘Maar het geld wordt verkeerd verdeeld.’
Er gaapt in ons democratisch bestel een kloof tussen ‘de mensen op straat’ en de Haagse machthebbers. Het is vooral de schrijver David Van Reybrouck (auteur van Congo, maar ook van Pleidooi voor populisme en Tegen Verkiezingen) die al lang betoogt dat onze model van representatieve democratie zo achterhaald is als de diligence. Ik ben het volkomen met hem eens. Sterker nog: 62 procent van de Nederlanders wil meebeslissen over belangrijke politieke kwesties (bron: Sociaal en Cultureel Planbureau, Burgerperspectieven). Wat zijn de belangrijkste politieke kwesties op dit moment volgens de Nederlanders?
1. Immigratie en integratie.
2. Samenleven
3. Gezondheids- en ouderenzorg.
En waar moet volgens driekwart van de Nederlanders meer geld aan worden besteed? Vergroting van de werkgelegenheid, bestrijding van de armoede en het verbeteren van de gezondheidszorg.
Het onderwerp immigratie en integratie mag dan bovenaan de lijst prijken van zaken waar de Nederlanders zich druk om maken, dat wil niet zeggen dat ze het daarom eens zijn met Geert Wilders op dat punt. Slechts 24 procent wil de grenzen sluiten. Wel moet er aan de immigratie van economische vluchtelingen een einde komen (meent 56 procent), maar mensen die vluchten voor oorlog en vervolging zijn wat betreft 63 procent van de Nederlanders (tijdelijk) welkom. Te vaak wordt Wilders vereenzelvigd met dé volkswoede, terwijl hij volgens de laatste peilingen kan rekenen op steun van circa 20 procent van het electoraat. Hoewel het erop lijkt dat de Nederlanders van de PVV de grootste partij willen maken, geeft tegelijkertijd 53 procent aan Wilders af te wijzen als minister-president. Uit de meeste opinieonderzoeken rijst het beeld op van een meerderheid die links denkt qua sociaal-economische onderwerpen, maar rechts in sociaal-cultureel opzicht.
Er zijn veel mogelijkheden om de democratie aan te passen aan de eenentwintigste eeuw: meer bindende referenda of zoals Van Reybrouck bepleit, groepen door loting aangewezen burgers betrekken bij de besluitvorming, of combinaties daarvan. In ieder geval zijn alle voorstanders van hervormingen het erover eens dat eenmaal in de vier jaar een hokje rood kleuren, terwijl vrijwel niemand zich nog vertegenwoordigd acht door één partij, een archaïsche vertoning is. Schijndemocratie. Probleem is dat zelfs al zou politiek Den Haag, met het vuur van de volkswoede aan de schenen, mee willen werken aan verandering, het jaren vergt om de benodigde grondwetswijzigingen door te voeren. Maar misschien hoeven we daar ook niet op te wachten.
Er zou begonnen kunnen worden alleen nog besluiten te nemen die kunnen rekenen op steun van de meerderheid van de bevolking. Het SCP kan het kabinet voortdurend voorlichten over de stemming onder het volk. Verder zou geëxperimenteerd kunnen worden met nieuwe vormen van democratie, zoals bepleit wordt door David Van Reybrouck maar ook door een groep burgemeesters, wethouders en raadsleden die zich middels de campagne Code Oranje verenigd hebben. Zij stellen voor om op lokaal niveau driemaal per jaar stadscongressen te organiseren en om de mogelijkheid te creëren raadsleden te vervangen door mensen met een bepaalde expertise. Zelfs onder (lokale) bestuurders begint het besef door te dringen dat het bolwerk der regenten gesloopt dient te worden.
De trumpiaanse schokgolf die nu over de wereld dendert maakt de noodzaak van een make-over van onze democratie alleen maar groter. Het is buigen of barsten voor de Nederlandse politici nu de opstandige horden de poorten van het Binnenhof naderen.