Het beschaafde protest op het Taksim-plein, waar stilstaan en zwijgen meer indruk maakten dan de waterkanonnen en de politie-knuppels, vormde de zoveelste loot aan de stam die “Arabische lente” is gaan heten. Zelf ben ik geen fan van deze “vivaldisering” van de ontwikkelingen in de Arabische straat. De verschijningsvormen aldaar zijn er simpelweg te divers voor. Egypte, dat een institutioneel geheugen en verleden heeft, is weliswaar volledig op de verkeerde weg onder Mursi, maar maakt toch meer kans als een soort democratie te eindigen dan bijvoorbeeld Libië, dat totaal geen institutionele geschiedenis kent. Tunesië, ooit vaandeldrager van de ‘liberale Islam, kent weliswaar een mildere Broederschap dan de oerbroederschap in Egypte, maar dat biedt echt geen garantie voor een liberaal-democratische toekomst.
En dan nu Erdogan. Sterke man uit een land dat 15 jaar geleden nog als de ‘zieke man van Europa’ bekend stond. Erdogan’s populariteit en die van zijn vrijwel one-party-rule AK-partij, zijn tanende. Wij bekijken de AK-partij in Europa met veel scepsis omdat we vermoeden dat ze de hoofddoek weer het straatbeeld van Istanbul willen laten domineren. Maar de echte bedreiging voor Erdogan zit hem juist in zijn zogenaamde economische succes. De Turkse tijger leeft namelijk op steroïden. De Turkse groei is grotendeels op de pof. Lange termijn buitenlandse investeringen drogen op en de rente stijgt. De afgelopen weken schaarden zich bij de protesten ook de vakbonden, die in Turkije miljoenen leden kent. De vakbonden waren juist pijlers onder het succes van Erdogan en AK die zich succesvol hadden vereenzelvigd met spectaculaire economische groei-cijfers. De Turkse welvaart is daardoor snel toegenomen, en met welvaart komt ook een middenklasse die belang heeft bij rust, veiligheid ….en vrijheid.
Rust, veiligheid en stabiliteit. Dat begrijpt Erdogan, die zichzelf in een traditie van autoritaire leiders plaatst. In Turkije zijn onder het mom van die staatstaken ook staatsgrepen gepleegd of is er staatsgeweld gebruikt. Maar dat met toegenomen welvaart ook de automatische roep om burgerrechten komt, levert een uitdaging op die tot noch toe het begripsvermogen van dit Turkse leiderschap te boven gaat. Het Taksim-protest is dus niet alleen een intelligent protest, het daagt het Turkse leiderschap ook uit om intelligent te reageren. Dat lukt vooralsnog niet, putting it mildly!
Vergelijk dat met Brazilië. Ook daar protesten. Begonnen om de prijs van buskaartjes. In werkelijkheid een aanklacht tegen de onuitroeibare corruptie en ongelijkheid. De Braziliaanse president Dilma Roesseff reageert wel intelligent. Deze vrouwelijke politieke leider van haar land stelt wel politieke hervormingen en een referendum in het vooruitzicht. En duidelijk onder het mom “wij moeten leren om de stem van het volk te horen”. Als ergens Venus het wint van Mars, dan is het wel in de vergelijking tussen de leiders van deze twee economische opkomende machten, Brazilië en Turkije.
Het vrouwelijke buitenland-gezicht van Europa, barones Ashton schitterde weer eens door afwezigheid. Wel besloot de EU, nadat de Fransen hun eenzijdige blokkade op hoofdstuk 22 (regionaal beleid) hadden opgeheven, niet zomaar onderhandelingen te hervatten. Er komt, aldus Frans Timmermans, een “nieuw weegmoment” in oktober. Gisteravond dwongen wij in de Kamer af dat daarin een onderzoek naar het buitensporige geweld door de Turkse politie tegen de vreedzame demonstranten op het Taksim-plein een onderdeel van de weging wordt. Hoog tijd dat de Turken laten zien of zij met hun rug naar Europa staan of, zoals de demonstranten lieten zien, stilzwijgend de noodzakelijke hervormingen gaan doorvoeren. Time for Turkish delight. Or time-out? Dat wordt de vraag in oktober.
Han ten Broeke is Kamerlid voor de VVD en woordvoerder buitenlandse zaken en defensie.