Het boek dondert om. De omzet van de boekenmarkt is vorig jaar 7,5 procent gedaald vergeleken met 2011. En dat cijfer volgt op eerdere dalingen van de jaaromzet (geschat in aantallen boeken) met rond de 6, 5 en 2 procent. Al met al heeft de boekenbranche bijna de afgelopen jaren een kwart aan omzet verloren. En dat zal niemand verwonderen.
Vroeger kwamen we op zaterdag nog in de boekhandel. Dat hoorde er gewoon bij. En vaak kocht je dan ook nog een boek. Dat was vroeger. En nu? Hoe lang is het geleden dat u uit louter liefde voor het boek een boekhandel binnen ging? U zucht. Zo weinig tijd, tegenwoordig…
We lezen geen boeken meer. Of beter, we kijken liever naar de i-iPhone en i-Pad, en in heel geringe mate naar het e-book. En iedereen weet dat het hier geen tijdelijk verschijnsel betreft, geen effectje van de crisis. Het boek gaat onherroepelijk de weg van de papieren krant, van de grammofoon en de radio. Ze schuift langzaam naar de achtergrond van de cultuur.
Maar de boekhandel schildert een glimlach op haar gezicht. In een opiniestuk deze zaterdag in de Volkskrant beweert Mizzi van der Pluijm, directeur van uitgeverij Atlas Contact, dat er geen enkele reden is tot wanhopen. Mensen lezen niet minder, maar ánders. En voor wanhopende vakgenoten heeft ze de Tedx-tegeltjeswijsheid in petto: ‘Never waste a good crisis.‘
Ach, natuurlijk. Dat soort opgewektheid, daar word je vrolijk van.
Mizzi tracht het pessimisme op drie fronten te bestrijden. Eerst de angst voor het e-book. ‘Uit onderzoek blijkt’, aldus Mizzi, ‘dat mensen die e-books op hun iPhone of Ipad hebben staan, meer lezen dan anderen. (…) Bovendien worden e-books regelmatig gebruikt om te zien of een titel bevalt, waarna alsnog een papieren boek wordt aangeschaft. In Amerika lijken e-books eerder de redding van het boekenvak dan de ondergang.’
Dat e-book-kopers meer lezen dan anderen zegt uiteraard niks. En dat men na het lezen van een e-book alsnog dat boek op papier gaat kopen, klinkt mij te mooi om waar te zijn. Gaat het e-book “het boekenvak” redden? In de VS kelderen de omzetten van de boekhandels al net zo dramatisch en zeker: uitgevers storten zich uit wanhoop op het e-book.
Maar daarbij vergeten ze dat je voor een e-book geen uitgever nodig hebt én dat het e-book een tijdelijk, heel snel achterhaald fenomeen is. Het idee dat uitgevers op het e-book verder zullen kunnen dobberen, is vertederend, en volstrekt misleidend. Het e-book zal binnen de kortste keren volkomen opgaan in de maalstroom van digitale mogelijkheden, waarbij tekst uiteindelijk een klein onderdeel wordt van de door de consument gewenste totale beleving.
Het idee dat e-books de lezer terugvoeren naar het papieren boek is net zo kansrijk als het idee dat computergames de puber terug zal doen keren naar een bordje Mens Erger Je Niet.
Dan gelooft Mizzi ook niet in de ontlezing: ‘Ook dat is al decennia een spookfenomeen. Tot mijn grote vreugde zie ik iets heel anders: op feestjes en bij literaire bijeenkomsten als “Kalf”, van onze uitgeverij, kom ik grote groepen jonge mensen tegen bij wie literatuur helemaal in is. Er wordt gelezen gediscussieerd en gedronken, en af en toe sneuvelt wat meubilair, zoals het hoort in de literaire wereld. En als ik me de jonge, ambitieuze schrijvers uit ons fonds voor ogen haal, word ik steeds optimistischer over de toekomst.’
Vreemd. Als ik zoiets lees, deze vertederende kokervisie (‘bij ons is het gezellig, hoor!), dit versleten jaren-vijftig-sentiment (‘er sneuvelt ook meubilair!’) plus dat gruwelijke klopje-op-het-bolletje van Mizzi’s talentjes, dan word ik juist zwaar depressief. Komt Mizzi dan nooit buiten de deur? Ziet ze écht niet wat er in de échte wereld gebeurt? Praat ze wel eens met leraren, met docenten, met hoogleraren? Moet deze huismuts de boekenbranche de weg wijzen?
Tot slot wil ze ook nog haar mening geven over ‘bestselleritis’. Maar het zal niemand verbazen dat uitgevers, op de hielen gezeten door hun wanhopige boekhouders, als idioten op zoek zijn naar bestsellers, en vooral: boeken die op bestsellers lijken. Niet boeiend, dus. Navelstaarderij.
Mizzi eindigt haar stukje heerlijk upbeat, met de mededeling dat er heel veel aan de hand is, dat niemand weet waar het naar toe gaat en dat er ‘een heel nieuw speelveld’ open ligt. Ze beschouwt het als ‘een voorrecht’ om nu uitgever te zijn, en besluit dan met die vreselijke dooddoener, met de afstotelijke geur van een TEDx-revival-bijeenkomst: never waste a good crisis.
We weten allemaal allang waar het naar toe gaat. Internet gaat de cultuur veranderen. En niet langzaam, maar snel. En Rücksichtlos.
De afgelopen eeuw hebben de papieren krant en het boek zich geruime tijd staande weten te houden tegenover de eerste elektronische mediarevoluties: de radio en de televisie. Daardoor is het misleidende beeld ontstaan dat nieuwe technologieën altijd een plaatsje náást de bestaande zouden innemen. We lazen de krant én we keken televisie. Misleidend, want de internetrevolutie wordt écht anders. Iedereen ziet hoe ze de papieren krant gaat wegvagen.
Tegelijkertijd zal internet de komende jaren de filmindustrie volkomen overhoop gooien, én daarna ook nog de televisie. En o ja, de ondergang van het boek, die gebeurt ergens daartussendoor. Niks naast elkaar. We willen straks alles op één scherm kunnen krijgen, wanneer we maar willen, snel, overdonderend, met de grootst mogelijke emotionele impact. Op alle mogelijke digitale manieren verrijkt. Een scherm met uitsluitend letters “lezen” is straks net zo bizar als met je ogen dicht een uur lang naar Mahler luisteren.
O, Schitterend, zeker. Echt iets voor de fijnproever. Voor de kleinste minderheid. Maar de levende cultuur is écht ergens anders mee bezig. Die talentjes van morgen combineren alle ervaringen, alle mogelijkheden, alle grenzen. Want dat is ware kunst. Die zitten écht niet te ganzeveren op een gebroken stoel, Mizzi.
De boekhandel heeft geen toekomst. Noodgrepen zoals de fusie van De Slege en Selexyz hebben geen toekomst. Net als het boek zal ook de boekhandel zijn iconische intellectuele positie verliezen en naar de achtergrond verdwijnen. Het snel te lezen massaboek komt straks gewoon als product in de winkel, naast de olijfolie; boeken met bescheidener oplagen, zeg minder dan één per duizend inwoners, vindt je straks alleen nog op internet.
Ze worden aangeprezen via sociale media en verkocht door de auteur. Printen doe je zelf maar, als je dat wilt. De enige echte groeier, dé intellectuele uitdaging van de komende eeuw, wordt de opvolger van het e-book dat geen e-book meer mag heten omdat het álles combineert wat de lezer maar kan boeien. Drama, opera, docu, megaconcerten, persoonlijke ontboezemingen, aaneengesmeed tot het Gesamtkunstwerk waar Wagner al van droomde. Gemaakt door een handjevol megaconcerns.
Het is gebeurd met het boek. Moeten we daarom treuren? Uiteraard niet. Wie iets te vertellen heeft, zoekt het medium dat daarbij past. Als intellectuelen menen dat ze een boodschap hebben voor de samenleving, en dat die gehoord moet worden, dan zoeken ze maar naar het passende, moderne medium om de samenleving te benaderen. Dat is niet langer het boek; dat is ook niet de televisie. Wie blijft simpen over vroeger heeft geen toekomst. Zijn vervanger staan al klaar. Met de iPad in de hand.