Verwarde mensen zijn slachtoffer van een verziekt systeem

19-05-2015 12:50

Het lijkt de omgekeerde wereld, maar het is staande praktijk: zeventig procent van de ‘verwarde personen’ die de politie van straat haalt, komt in de cel terecht. Niet omdat de agenten dat willen, maar omdat de zorg voor deze mensen niet goed is geregeld. Ze vallen tussen wal en schip: hun bed in de instelling is er niet meer, voor ambulante zorg is te weinig geld, de dagopvang gaat dicht en de buurvrouw heeft wel iets anders aan haar hoofd. De politie bellen, bijvoorbeeld. Om die schreeuwende man weg te halen in plaats van op de koffie te vragen.

Meer incidenten

Maandag vond in de Tweede Kamer een hoorzitting plaats over ‘verwarde personen’. Wie dat precies zijn is onduidelijk, want ‘verward’ is een breed begrip. Iemand die helemaal overstuur is, aan het dementeren is, thuis automutileert of op straat loopt te schelden; allemaal zijn ze in de war, en allemaal hebben ze hulp nodig. Dezer dagen richt de aandacht zich vooral op de overlastgevers: de mensen die rondlopen op straat, en wier gedrag – zo lijkt het – een groter probleem is geworden dan vroeger. De politie noteert een toenemend aantal incidenten met verwarde personen. Misschien zijn agenten zelf alerter geworden, misschien trekt het publiek sneller aan de bel uit intolerantie of angst. ‘Verwarde personen’ komen regelmatig in het nieuws als ‘gevaarlijke personen’. Wanneer een psychiater oproept om verwarde mensen in de gaten te houden zoals je ook alert moet zijn op verdachte pakketjes, dan weet je het wel. Dan moeten die mensen als de sodemieter van straat worden gehaald.

Absurd

Hoeveel plek maken we in onze maatschappij voor verwarde mensen? Op de dagbesteding wordt bezuinigd; de mogelijkheden om ze aan werk te helpen nemen af; en hun inkomenspositie verslechtert. De afname van het aantal bedden in de GGZ is niet gecompenseerd met investeringen in de ambulante zorg. Er zijn in Nederland ongeveer 200 FACT-teams actief (multidisciplinaire teams die ambulante zorg geven), maar volgens de Raad voor Volksgezondheid en Zorg zijn er 400 tot 500 nodig.

De wachttijden in de GGZ zijn fors: een derde van de GGZ-zorgaanbieders laat volwassenen langer wachten dan volgens de vastgestelde norm acceptabel is, en bij kinderen geldt dat zelfs voor bijna de helft. Het aantal dwangopnamen in de GGZ is tussen 2003 en 2013 met twintig procent toegenomen. Het aantal voorwaardelijke rechterlijke machtigingen steeg in die periode volgens het Trimbos instituut zelfs van 57 naar 4.699! Dat is absurd.

Verwarde systemen

Van alle slachtoffers die het beleid maakt, zijn met name dakloze psychiatrische patiënten het kind van de rekening: ze zijn onverzekerd of staan niet ingeschreven in de Basisregistratie Personen, waardoor een zorgverzekeraar hen een basispolis kan weigeren. Hebben ze die basispolis wel, dan hebben ze geen geld voor het eigen risico van 375 euro. Daklozen hebben vaak een daklozenuitkering: een bijstandsuitkering die de gemeente kort, want ja, een dakloze heeft geen woonlasten. De Federatie Opvang geeft de gemeente Vlaardingen als voorbeeld. Die kort een bijstandsuitkering voor daklozen met 60 procent. Dat is toch mesjogge!

Wie zo handelt, moet niet verbaasd zijn dat mensen vervuild, verward en verwaarloosd in de goot liggen. Die doet precies het omgekeerde van wat nodig is: mensen stabiliteit en rust geven, een dak boven hun hoofd, en structurele ondersteuning en zorg. Die bouwt niet mee aan ‘eigen kracht’, maar duwt mensen juist over het randje. Edwin ten Holte (reclasseringsorganisatie SVG) twitterde tijdens de hoorzitting in de Tweede Kamer:

Hij heeft helemaal gelijk.