Stammen we van de chimpansee of van de bonobo? Het is een vaak gestelde vraag, vooral in kranten en populair-wetenschappelijke blaadjes. Maar ook biologen stellen hem wel eens – zij het dan meer voor de leut. Borrelpraat, dus. Want we hebben echt geen flauw idee hoe die twee huidige soorten van het geslacht Pan en de allereerste soort van het geslacht Homo zich tot elkaar verhouden. Maar het is altijd leuk om er over te ouwehoeren. Over de mens, de onaangename chimp en geile bonobo.
Jazeker, onaangenaam. Vooral de mannetjes. Chimpmannetjes zijn serieverkrachters en seriemoordenaars. Onbeschermde vrouwtjes moeten het steevast ontgelden, en wanneer een stel mannetjes tijdens het foerageren in het oerwoud een enkel mannetje van een andere groep tegenkomt, is de laatste ten dode opgeschreven.
Dat neemt niet weg dat de beroemde bioloog Frans de Waal de afgelopen jaren zijn uiterste best heeft gedaan om ons de chimp als voorouder, of in ieder geval nauwe verwant, aan te smeren. Want ze zijn zo aardig, vindt hij. En dat zijn ze ook. Wanneer hij in de buurt is.
In een recent experiment van De Waal kon een chimp aan eten komen door een muntje aan een andere chimp te geven, die dat muntje dan weer bij de oppasser kon inwisselen voor eten. Die eerste chimp kon kiezen uit twee muntjes: bij het muntje van de ene kleur kregen beide apen even veel te eten; bij een ander kleur muntje kreeg de eerste aap méér dan de ‘tussenpersoon’. En dat hebben ze allebei uiteraard in de gaten. Het is dus erg aardig van de eerste aap als hij voor het eerste muntje kiest. En het kost hem vaak moeite om zijn tussenpersoon dat tweede muntje op te dringen.
Wanneer je kinderen dit spel laat spelen, kiezen ze vaak voor de eerste munt. Kinderen zijn (je zou het niet zeggen) sociaal voor elkaar. Geen geruzie, iedereen even veel.
Volgens De Waal kiezen chimps óók vaker voor het eerste muntje. Dat zou uit zijn experiment zijn gebleken. Ook chimps zijn sociaal, is zijn conclusie. Zijn chimps, welteverstaan.
Het is niet de eerste keer dat dit experiment wordt uitgevoerd, en eerder was gebleken dat aap nummer één meestal heel lang en hardnekkig probeert om de tegenstribbelende tussenpersoon dat tweede muntje op te dringen. Pak aan, geen gelul, ik ben de baas van de muntjes. U herkent dat wel.
Nee, dan de bonobo’s. In een recent experiment, opgezet door Jogzhi Tan en Brian Hare, mochten bonobo’s kiezen met wie ze de maaltijd mochten delen. Ze kregen een tafel met lekkers, en in twee aangrenzende kamertjes zaten twee andere bonobo’s: een groepsgenoot en een compleet vreemde soortgenoot. De gastheer kon een van die kamertjes open doen, als-ie dat wilde. Nu zijn bonobo’s net mensen. Ze houden niet van in je eentje eten. Ze houden van een spannend romantisch diner-voor-twee. Dus bevrijdde de bonobo een van de twee apen – en koos daarbij meestal voor de vreemde. De groepsgenoot mocht toekijken hoe de andere twee zich te goed deden, en spelletjes speelden.
Want bonobo’s zijn speels, dat weet u. De twee aten niet alleen hun buikje rond, ze likten en zogen en neukten er ook lekker op los. Het werd bijna altijd een fijne blind date, daar in het lab van Tan en Hare. De aap gaf duidelijk de voorkeur aan seks met een vreemde, boven seks met een groepsgenoot waarvan-ie de edele delen allang kende.
Die keuze voor de vreemde bonobo was heel duidelijk een keuze voor nieuwe, spannende seks. Dat blijkt uit een
vervolgexperiment waarbij Tan en Hare er voor zorgden dat de aap weliswaar een andere aap kon bevrijden om samen te eten, maar deze daarbij niet kon aanraken. Prompt vrat die ene aap alles lekker zelf op. Als er na afloop geen seks kon zijn, hield hij liever alles voor zichzelf. Hoe herkenbaar allemaal.
Zijn we meer verwant aan de chimp, of aan de bonobo? De vraag is zoals gezegd onzinnig. Maar misschien moeten we hem anders formuleren. Voelt u zichzelf meer verwant met de chimp of met de bonobo?