‘Ja, maar ik ken ook gelovigen die heel aardig zijn. Mijn buurvrouw bijvoorbeeld, Moslim, schat van een mens!’ Voor het woord Moslim kunt u trouwens alles invullen wat u wilt, Jood, Christen en zelfs seriemoordenaar. Een dergelijke uitspraak is meestal een reactie op ongepast of onbegrijpelijk gedrag van andersdenkenden of gelovigen. We hebben als diersoort de primaire behoefte om eenheid, verbinding en loyaliteit te zoeken. Waarschijnlijk omdat we op die manier ooit de grootste kans hadden om een mammoet aan het spit te rijgen of een hunebed op te tuigen.
Wat mensen zich vaak niet goed realiseren is dat loyaliteit een bepaalde hiërarchie kent. Je kan niet én loyaal naar je heidense buurvrouw én naar God de Almachtige zijn. Er kunnen zich situaties voordoen dat je keuzes moet maken om niet in gewetensnood te komen, ook al wil je dat misschien helemaal niet. In onze maatschappij gaan die keuzes (nog) niet over leven en dood, maar over zaken zoals wél of niet Suiker- of Paasfeest in de HEMA of Albert Heijn folder, wél of niet varkensvlees aanbieden of opeten tijdens de buurtbarbecue.
Als we terug gaan in de tijd, waren vijftig miljoen Duitsers tussen 1933 en 1945 onderworpen aan het nazisme. Deze stroming werd toentertijd geframed als ‘heilsleer’: een manier om verlossing of spirituele vervulling te bereiken en wie wil dat nou niet. In die tijd was minder dan 0,1 procent van de Duitsers daadwerkelijk agressief door te moorden en martelen. Wél juichte meer dan 95 procent van de Duitsers de nazi’s toe. De overgrote meerderheid was dus niet agressief, maar zorgde er al met al wel voor dat er een klimaat ontstond waarin de gruweldaden plaats konden vinden.
Zo lang we niet beseffen dat onze loyaliteit een hiërarchische structuur kent met soms conflicterende belangen, blijven er zeepbellen van onbegrip uit onze oren komen en haben wir es niemals gewußt. Deze naïviteit is kinderlijk en misschien zelfs schadelijk voor de toekomst aangezien onze maatschappij toenemend te maken krijgt met spanningen door religieuze conflicten, waar we weinig zicht en dus grip op hebben.
Het is van belang dat we begrijpen waarom religieuze ideologieën tot nu toe zo goed scoren op het gebied van loyaliteit. Ze hanteren namelijk de perfecte marketingstrategie; daar kunnen Apple, Burger King of L’Oréal nog een punt aan zuigen. Ten eerste creëert religie de notie van een groots gemeenschappelijk verleden waar jij als simpele sterveling dus deel van uit mag maken. Geschriften bomvol heroïek geven jou als loonslaaf in een gemiddelde vinexwijk het gevoel dat je leven zin heeft en dat het alleen een kwestie van ‘verkeerde moment en plaats’ is dat jij niet in een hermelijnen mantel afgehakte voorhuiden van de tegenstanders in ontvangst mag nemen (1 Samuel 18: 17-27)
Ten tweede verschaft religie het ultieme gevoel van verbondenheid doordat men geografisch verbonden is door dezelfde overtuiging, regels en wetten.
Als kind leerde ik om de mensen die niet gelovig waren te wantrouwen, ze waren anders, ‘leefden in de schaduw en waren blind’. Voor sommigen, die ik mocht, bad ik herhaaldelijk in de hoop dat ze zich zouden bekeren en de hel zouden ontlopen. Al vroeg werd me duidelijk dat écht contact met ongelovigen geen optie was. Je moest altijd op je hoede zijn om niet ‘besmet’ te worden door het Kwaad en de zondigheid die overal op de loer lag. Gelukkig waren we wereldwijd verbonden met onze ‘broeders en zusters in de Heer’ voor wie we hartstochtelijk geld inzamelden als ze weer eens verdrukt werden. Of het nou om Christenen in China ging of om bijbel-smokkel achter het IJzeren Gordijn. We waren allemaal kinderen van dezelfde God, dat schept nou eenmaal een bijzondere band.
Last but not least: religie biedt garanties voor het leven na de dood. Deze unieke troef creëert ongeëvenaard succes, of het nu maagden, bloemen, Paradijs of een simpele wederopstanding betreft.
Kortom, religie is een uitermate sterk merk aangezien het verleden, toekomst en wereldwijde verbintenis dekt. Daarnaast biedt het gevoel van uitverkoren zijn velen soelaas voor het dagelijkse grauwe en vooral zinloze bestaan.
Sterven voor die aardige buurvrouw, Mark Rutte of voor de belofte van eeuwig leven? Ik weet het wel…