Hoogleraar Gloria Wekker, lieve help, dat ze het niet zien bij universiteiten en daarbuiten. De zwendel, de verneukerij. Juist als wetenschapper moet zij ontmaskerd worden, en wel zo snel mogelijk. Ze bedient zich chronisch van gaslighting en dat is desastreus voor een vrij academisch denkklimaat. Als dat iets is wat nog willen tenminste. Ze zegt in de Volkskrant de volgende dingen (die ik op de snijtafel leg):
Diversiteit is een onderwerp dat mensen tot razernij drijft. Het meest tekenende voorbeeld is natuurlijk de Zwarte Piet-discussie. Die staat bol van de spanningen. Zwarte Piet wordt met grote hardnekkigheid en hevigheid verdedigd: dit is ons onschuldige kinderfeest en jullie willen het van ons afpakken.
Gloria voelt razernij. Vanuit wie zij is: een hatelijke vrouw (als je alleen al ziet hoe ze interviewers behandelt) zonder een greintje mededogen of moreel kompas. De ‘razernij’ die ‘mensen zou drijven’, komt volgens mij eerder uit de anti-zwartepieten beweging. Dit feit wordt geprojecteerd op de willekeurige witte buitenwereld, die Gloria’s eigen agressie niet alleen actief moet dulden maar ook in de schoenen geschoven wordt. Mensen die -terecht- over de onredelijkheid van dit alles boos worden (‘ik ben geen racist!’), leveren haar slechts het bewijs aan voor wat ze wil bereiken: collectieve schuld bij de ander. Kijk eens hoe gek jullie doen, ik niet hoor!
De tactiek van gaslighting doet precies dat, de gekte bij een ander leggen. Anderen onschadelijk maken en dan gaan for the kill. Nog specifieker: door te zeggen dat er agressie is bij witte mensen wordt de verdediging van een onschuldig kinderfeestje an sich al moreel laakbaar. Het gaat alleen maar over karakter. Deze manipulatie dient ertoe haar ‘analyse’ zelf buiten schot te houden, en de vraag of die kwesties überhaupt wel op feiten berusten, op een bestaand probleem. Bij dat laatste aangekomen doet ze het lichtje gauw weer uit.
In bredere zin raakt de diversiteitsdiscussie aan het rooskleurige beeld dat wij als samenleving van onszelf hebben. Het dominante discours is: wij zijn niet racistisch. Sommige mensen vinden een diversiteitcommissie om die reden overbodig. Tijdens de feedbacksessies die we hielden werd ons ook gevraagd: hoeveel heeft dit gekost en hadden daar niet beter nieuwe docenten van aangesteld kunnen worden?
Gloria stelt iets: ‘de witte mens is racistisch’ en als we dat niet erkennen, en het niet eens zijn, is niet racistisch zijn ineens een dominant discours. Er bestaat helemaal geen discours over het feit dat we ‘niet racistisch zijn’. Was het maar zo! Dat racisme voorkomt, en de exacte cijfers daarover, is voor haar dus ook niet interessant want dat is geen discours, een veronderstelling. Daarmee kun je anderen niet uitschakelen (in plaats van overtuigen). Ze verwart opzettelijk een boze reactie op een ongefundeerde stelling met een ontkenning van haar werkelijkheid, die voor een feit moet doorgaan. In die gestoorde bubbel zijn inderdaad alle kosten gerechtvaardigdheid zolang ontkenners niet bijdraaien en meegaan in haar werkelijkheid. Big, big gaslight.
Ik heb mijn promotieonderzoek in de Verenigde Staten gedaan. Daar kreeg ik voor het eerst les van zwarte, vrouwelijke hoogleraren. Dat was een eyeopener. Wauw, dacht ik: dat zou ik dus ook kunnen worden. Dat rolmodel wordt veel Nederlandse studenten onthouden.
Hier komen haar ware motieven aan het licht. De kwaliteiten van de zwarte, vrouwelijke hoogleraren waren niet relevant, maar wel dat zij, Gloria, ook puur op basis van haar kleur, dat ook kon worden. De eye-opener was niet kennis opdoen en die verspreiden, maar uitsluitend het idee van status en glorie voor haarzelf koesteren. Het narcistische zit met name in de laatste zin. Hier bedoelt ze natuurlijk dat zij dat schaarse, unieke, onmisbare, one of a kind rolmodel voor anderen is.
‘Hoeveel mensen van kleur kennen jullie eigenlijk?’, vraagt ze. ‘Mensen die echt dicht bij je staan?’ Het blijkt een retorische vraag. Het antwoord is volgens Wekker wel duidelijk: te weinig. ‘Anders hadden jullie dit gesprek op een andere manier gevoerd. De vragen die jullie stellen zijn een uitdrukking van de verschillende werelden waarin wij leven. Ik ken jullie wereld, de witte wereld. Jullie kennen mijn wereld niet.’
Ondermijnen van de gesprekspartner, hem ontregelen en geen uitweg bieden. Zelfs moeder Theresa kon dit beter, Gloria. Ze zegt dit aan het einde van een verder kritiekloos interview, waarin de vragensteller gewoon is meegegaan in de premisse van een witte, racistische cultuur. Gloria heeft niets te klagen zou je zeggen. Maar zo werkt het niet. Het kleineren is essentieel in de loop van haar hele strijd, dus ook tijdens koffie met de Volkskrant.
Het maakt verschil of je wit bent of zwart, en niet zo’n klein beetje ook. Als je als zwart persoon wilt overleven in een samenleving die gedomineerd wordt door witte mensen, dan zul je beide culturen moeten kennen.
Gloria had in het begin al met minachting vastgesteld dat de interviewer onvoldoende zwarte mensen kende om iets te begrijpen van de zwarte gemeenschap, van wat het betekent om zwart te zijn. Hier stelt ze dat zwarten wél weet hebben van wat er in de ‘witte cultuur’ omgaat, maar andersom dus niet. Die voorsprong is niet meer in te halen, alleen al omdat ze nergens zegt wat er dan zo bijzonder is wat wij niet weten, en zal steeds uit de kast worden gehaald als stok om mee te slaan. De gaslight is hier: je kunt het niet begrijpen, dus je moet alles van mij aannemen.
We moeten er in de eerste plaats over leren praten. Liefst op een manier die niet bedreigend en niet beledigend is. Als het over diversiteit gaat zijn we heel goed in staat te praten over gender en internationalisering, maar niet over ras en etniciteit. Daar weten veel mensen zich geen raad mee. We kunnen allemaal een basiscursus praten over etniciteit gebruiken. Dat raden we de UvA ook aan hun studenten en docenten te bieden.
Jullie moeten je mond houden als ik praat, zegt Gloria. En: ‘als jullie praten mogen jullie alleen zeggen wat ik wil horen. Ik voer geen discussies over de inhoud, want dat is verboden terrein. Ik ben hier alleen en uitsluitend om jullie in de war te brengen en in een staat van hypnose de wijde wereld in te sturen.’ Gloria heeft maling aan de toekomst van jonge studenten, zoveel is duidelijk.
Ik ben het niet eens met al hun [politieke partij Denk, red.] methoden en gedachtengoed. Maar het is zo ongeveer de enige politieke partij die etniciteit en ongelijkheid op de agenda heeft gezet in Nederland. Het is goed dat daar aandacht voor komt.
Oftewel, de wereld mag ik brand vliegen en allerlei slachtoffers van tirannie, onderdrukking en massamoord maken, zolang politieke partijen die dat ook niet erg vinden maar wel etniciteit en gebrek aan diversiteit als fantoomprobleem op de agenda zetten. Ook vindt Gloria het belangrijk dat er vanuit de slachtofferrol wordt gekeken. De relatie tussen etniciteit, cultuur en criminaliteit wordt in haar allesziende “caleidoscopische manier van kijken”, zoals ze ergens over zichzelf zei, weggelaten. Ze hoeft immers ook geen oplossingen aan te dragen. Dat moeten de witte geprivilegieerden maar doen.
Witte mensen moeten heel veel doen om het goed te maken met zwarte mensen, zo lijkt het, maar we moeten het wel zo uitvoeren dat het net lijkt alsof ze (wie eigenlijk?) dat allemaal zelf hebben gedaan. Een universitaire baan omdat je zwart bent is in dat licht gewoon verdiend omdat wij een handelspost in Taiwan hadden vierhonderd jaar geleden.
Sylvana Simons heb ik hoog zitten. Ik vind dat zij buitengewoon veel inzicht heeft in hoe de samenleving in elkaar zit en er goed over kan praten. Ze is een heel intelligente vrouw. Dat zij zich bij Denk heeft aangesloten, vind ik veelzeggend.
Over Sylvana deed ik hier al een boekje open. Sylvana heeft geen enkel inzicht over hoe dingen in elkaar zitten, ze bedrijft politiek met een eenzijdige agenda. En niet eens goed. Ze is een dwaallicht. Maar omdat dwaallichten slecht afsteken tegen de goede zaak, en de goede zaak vooral een reputatiekwestie is, is daar het bewijs dat ze dus intelligent is.
Kan iemand, alsjeblieft, naar die collegezalen afreizen om die jonge hoofdjes weer recht op hun romp te zetten? Het is een grof schandaal.