GRONINGEN (ANP) – Op 14-jarige leeftijd onderscheiden toekomstig profvoetballers zich al tussen hun eveneens getalenteerde leeftijdsgenoten. De verschillen komen met name aan het licht in de combinatie van snelheid en nauwkeurigheid. Dat stelt bewegingswetenschapper Barbara Huijgen van het Universitair Medisch Centrum Groningen, die onderzoek heeft gedaan bij een groep van meer dan 500 talentvolle spelers tussen hun 10e en 21e.
Met het proefschrift, waarmee Huijgen op 29 mei promoveert, wil Huijgen inzicht geven in de ontwikkeling van getalenteerde jeugdvoetballers. De hoofdvraag luidde: wat zijn de verschillen tussen getalenteerde spelers die uiteindelijk in het profvoetbal terechtkomen en spelers die in het amateurvoetbal gaan spelen?