UTRECHT- Herman van Veen (69) is still going strong. De muzikant en theatermaker brengt vrijdag zijn nieuwe album en theatershow Kersvers uit. De Utrechter blijft maar doorgaan. “Ik ben 16 in mijn hoofd. Als ik in de spiegel kijk, denk ik dat ik mijn vader sta te scheren”, zegt hij in De Telegraaf.
Met zijn nieuwe show zal hij voor de 500e keer in Carré optreden. “Ik was 22 toen ik er voor het eerst speelde. Magisch. En ik herinner me bijna alle voorstellingen”, meent hij. Er zaten vaak ook bekende vrienden van hem in het publiek. “Ramses Shaffy, die altijd opsprong in de zaal en luidkeels mee ging zingen. Simon Carmiggelt in de regenjas, legendarisch door de tekeningen van Peter van Straaten. Harry Mulisch met pijp, met wie ik vaak de stad inging na afloop.”
Van Veen werkt veel met de jeugd tegenwoordig. “Was ik vroeger het jonge broekie op het podium, met de oude garde in de zaal; nu ben ik ouder dan mijn publiek. Daar heeft het figuurtje Alfred Jodocus Kwak ook bij geholpen. Door dat wijze eendje zijn veel Nederlanders van deze eeuw met me opgegroeid. Ze komen naar zijn vader kijken.”
De alleskunner vervolgt: “We hebben er een heel jonge student bij van de toneelschool. Ik zat laatst naar hem te kijken en dacht: God, jij hebt het allemaal nog voor je. Jij gaat het nog beleven. Ik was op de grens van jaloezie. Ik ben jong van hart. Ik blijf spelen tot het echt niet meer kan. Daar moeten anderen me op wijzen. Ik beloof dat ik zal luisteren.”