HEERENVEEN (ANP) – Veelvraat Sven Kramer kijkt doorgaans niet op een Nederlandse titel meer of minder. De 28-jarige Fries reageerde vrijdag in Heerenveen niettemin behoorlijk opgetogen op zijn gouden medaille bij de NK afstanden op de 5000 meter, zijn zevende nationale titel alweer op deze discipline. Na negen succesvolle TVM-jaren maakte de veelvoudig olympisch en wereldkampioen zijn officiële debuut voor zijn nieuwe team LottoNL Jumbo. ,,En dan is het lekker dat je meteen kan leveren wat je te doen staat”, sprak hij zichtbaar opgelucht.
Kramer, die in Sotsji zijn olympische titel op de 5000 meter prolongeerde, kon zich in de 10e en laatste rit goed richten op de beste tijd tot dan toe van Jorrit Bergsma (6.18,49). Na een rustige opening had hij halverwege zijn Friese rivaal te pakken, waarna hij zijn race professioneel uitreed in 6.16,60 en zijn 37-jarige tegenstander Bob de Jong (vijfde) met ruim 7 seconden versloeg. Wouter olde Heuvel eindigde met een tijd van 6.21,47 op de derde plaats.
,,Ik ben hier erg blij mee” sprak Kramer oprecht. ,,Ik zit toch in een heel nieuwe situatie. Alles gaat bij Lotto een beetje anders dan bij TVM. Dat is logisch. Alleen de wedstrijdvoorbereiding al. Daar moet je een beetje op inspelen. Gelukkig loop ik al een tijdje mee, dus dat lukt me aardig. Deze titel geeft aan dat ik weer op de goede weg ben. Qua tijd nog niet helemaal, maar dat komt nog wel.”
Blokhuijsen
Jan Blokhuijsen reed zijn rit tegen Bergsma niet uit. Ongeveer halverwege zijn race, waarin hij al vrij snel op enige achterstand lag, maakte de kopman van Team Corendon een rare glijpartij. ,,Ik was aan het klunen en ging daarna onderuit’, sprak de man die bij Sotsji 2014 op de 5000 meter achter Kramer nog zilver behaalde.
,,Een slechte start van het seizoen”, kon Blokhuijsen niet anders concluderen. ,,Ik had graag mijn vorm van Sotsji meegenomen in het nieuwe seizoen. Maar ik ben op dit moment echter nog niet zo goed. En dan val ik ook nog eens een keer. Dat is voor mij echt heel lang geleden. Dit is zwaar balen, voor mezelf, voor de ploeg en voor de sponsor.”
