De meeste kiezers geloven niet in de oprechte motieven van Tweede Kamerleden die hun zetel houden nadat ze uit hun fractie zijn gestapt of gegooid. Een meerderheid denkt dat het die Kamerleden vooral te doen is om hun salaris te behouden of om hun voormalige partij een hak te zetten. Dat blijkt uit een onderzoek van bureau Ipsos onder 1157 stemgerechtigden.
43 procent van de ondervraagden is ervan overtuigd dat het salaris de belangrijkste drijfveer is om een Kamerzetel te behouden. 26 procent denkt dat deze overweging op zijn minst meespeelt. Volgens 20 procent willen Kamerleden die zich afsplitsen vooral hun vroegere partij dwarsbomen. 37 procent denkt dat dit motief enigszins van toepassing is.
De meerderheid van de kiezers verwacht dat partijen die zich afsplitsen geen lang leven beschoren is. 55 procent denkt dat ze bij de volgende verkiezingen zelden genoeg stemmen halen om terug te keren.
Kuzu en Öztürk
Aanleiding voor het onderzoek van Ipsos was het vertrek van de Kamerleden Tunahan Kuzu en Selcuk Öztürk uit de PvdA. Zij begonnen na een conflict over integratie voor zichzelf. De Kamer telt na diverse afsplitsingen inmiddels 15 fracties, terwijl er maar 11 gekozen zijn. 59 procent van de kiezers vindt dat de politiek hierdoor te veel versplintert.
Minister Ronald Plasterk (Binnenlandse Zaken) heeft laten weten dat hij wil kijken naar een verbod op afsplitsingen als de Kamer daarom vraagt. Dat is wel een tijdrovende procedure, omdat ze wijziging van de Grondwet vereist.
Anp/TPO
