Binnenland

Harde kritiek CDA-leider Buma op Opstelten

13-01-2015 06:13

DEN HAAG (ANP) – CDA-leider Sybrand Buma heeft harde kritiek op minister Ivo Opstelten van Veiligheid en Justitie. In een interview in De Telegraaf zegt hij dinsdag dat het geduld met Opstelten zeer op de proef wordt gesteld. Of dat geduld opraakt, zal volgens Buma dinsdag moeten blijken in het Tweede Kamerdebat met het kabinet over de gevolgen van de aanslagen in Parijs vorige week.

Buma vindt dat Opstelten te traag is met het uitwerken van het actieprogramma tegen jihadisme dat het kabinet eind augustus vorig jaar presenteerde. Opstelten pleitte afgelopen zondag nog voor tempo bij de antiterreurwetten.

Buma: ,,Ik moet zeggen dat ik het buitengewoon traag vind dat minister Opstelten nu, na deze aanslag, zegt dat er haast gemaakt moet worden. Ik denk aan het uitbreiden van het afnemen van de nationaliteit van terroristen, dat ligt nu al sinds oktober weer op zijn bureau. En nu zegt de minister ‘het kan wel sneller’. Het had er natuurlijk al lang hier in de Tweede Kamer moeten liggen, zodat we er over kunnen debatteren.” Volgens de CDA-leider geldt dat ook voor het voorstel om zonder strafrechtelijke veroordeling de nationaliteit af te pakken.

Moslimradicalen

Buma vond het optreden van Opstelten in een debat over zijn actieprogramma afgelopen september onwaardig. En veel beter is het nog niet. ,,Ik vind dat de minister op zijn daden wordt beoordeeld, maar er komt wel een moment dat de minister ook echt met maatregelen over de brug moet komen. Dat zal in het debat moeten worden beantwoord. Het geduld met hem wordt zeer op de proef gesteld. Of het opraakt, zal moeten blijken na dat debat met het kabinet.”

In het interview zegt Buma verder dat Nederlandse moslims zich veel krachtiger moeten uitspreken tegen de radicalisering en het misbruik van hun geloof door terroristen. ,,Ik vind dat men zichtbaar moet zeggen: ‘wij staan naast de Joodse slachtoffers, wij staan naast de slachtoffers van Charlie Hebdo en ook wij verweren ons tegen moslimradicalen’. Uiteindelijk zijn het toch mensen die in de moslimgemeenschap eerder in beeld moeten komen dan daarbuiten.”