KATHMANDU (ANP) – Het drama van de aardbeving in Nepal wordt omvangrijker en steeds zichtbaarder nu hulpverleners ook de buitengebieden intrekken. Ondertussen loopt de nood onder de bevolking zo hoog op dat de sfeer steeds grimmiger wordt en er een ware run ontstaat op de schaarse hulpmiddelen die voorradig zijn. Dat zegt de Nederlandse hulpverlener Merlijn Stoffels van het Rode Kruis tegen het ANP.
Een team van zes Rode Kruismedewerkers trok woensdag de provincie in, richting het epicentrum en bezocht Sathighar, een van de zwaarst getroffen dorpjes. ,,Het dorp telde ongeveer tweehonderd huisjes, maar er staat niets meer overeind, zelfs niet één muurtje. Het aangezicht is dramatisch, alsof er een bom is ontploft’’, zegt Stoffels. Tot nog toe zijn in het dorp elf doden geteld.
Probleem voor de dorpelingen is dat niet alleen de huizen kapot zijn, maar ook de voedselvoorraad is verdwenen. ,,De mensen houden hun vee allemaal binnen, dus de dieren zijn ook gedood. Bij een van de huizen stonk het ook al. Dat kwam doordat alle kippen door de ineenstorting zijn gedood.’’ Stoffels zegt dat de hulpverlening inmiddels is opgeschaald. ,,Er is ook veel meer geld nodig.” Op Kathmandu is woensdag een vliegtuig met hulpgoederen aangekomen.
Agressieve sfeer
Er is vooral veel behoefte aan dekzeilen tegen de regen, medicijnen en drinkwater. Stoffels maakt deel uit van een team van het Internationale Rode Kruis dat de vraag naar de meest urgente hulpmiddelen inventariseert. ,,Met name in Kathmandu, waar duizenden mensen op straat leven, begint langzaamaan een agressieve sfeer te ontstaan door de heersende tekorten.” In de stad is met name gebrek aan dekzeilen die bescherming bieden tegen de regenbuien.
Het Rode Kruis moet, door gebrekkige communicatie in het land, grote moeite doen om een totaalbeeld van de omstandigheden te krijgen. Stoffels: ,,Er zijn zeventig districten door de aardbeving getroffen. Momenteel hebben we contact gekregen met 51 van die gebieden. Het is bijzonder moeilijk de overige delen te bereiken.”
