ALKMAAR/LONDEN (ANP) – Op een verdwaald optreden op de koppelkoers op de WK in Apeldoorn na, keert Theo Bos komende week na acht jaar terug als baanrenner bij een wereldtitelstrijd. In 2008 was een mislukt WK-optreden van de viervoudig wereldkampioen sprint de voorbode voor een olympische deceptie in Peking. Op de piste van Londen wil Bos, 32 jaar inmiddels, zich melden als kandidaat voor de Spelen van Rio.
Bos koos in 2009 voor de weg, boekte 37 overwinningen, maar het grote doel – het winnen van een etappe in een grote ronde – bleef uit. Het baanwielrennen bleef trekken en na een mislukte poging zich in de achtervolgingsploeg te fietsen, mikt hij nu op een plaats op de teamsprint. ,,Op de achtervolging was ik niet goed genoeg'', vertelde Bos kort voor afreizen naar Londen waar de WK woensdag beginnen.
,,Na het NK teamsprint is bij mij het idee gaan leven dat ik er in Rio bij kan zijn.'' Met zijn oude maatjes Teun Mulder en Tim Veldt werd hij tweede achter een trio met onder anderen Jeffrey Hoogland en Matthijs Büchli. Samen met Hugo Haak en Nils van 't Hoenderdaal vormen zij het viertal olympische kandidaten dat nu met Bos een ,,indringer'' heeft.
Concurrentie
,,Concurrentie hoort bij de sport, iedereen heeft het sportief opgevat'', merkte Bos, die met zijn collega's/concurrenten de afgelopen maanden dicht bij de wielerbaan in een huis in Alkmaar bivakkeerde. Op de WK zal hij op het onderdeel dat hem in Rio moet brengen niet uitkomen. Bos neemt deel aan de sprint en de kilometer tijdrit. ,,Er staat druk op, maar dat is momenteel bij elke wedstrijd die ik rijd. In feite had ik op de NK het zicht op Rio al kunnen verliezen. Ik moet door goed te presteren in beeld blijven voor de teamsprint.''
Het baansprinten is veranderd, merkte hij. Meer en meer zijn het spierbundels op de fiets. ,,Wij trainden vroeger heel anders. Het is nu allemaal veel korter en explosiever, meer belastend voor de spieren dan voor de long/hartfunctie. Wat wij deden was goed in die tijd, maar iedere aanpak heeft een houdbaarheidsdatum.''
