Allochtone schoolverlaters vinden na het behalen van hun diploma in het middelbaar- en hoger beroepsonderwijs minder snel een baan dan autochtone afgestudeerden.
De etnische afkomst speelt een belangrijke rol bij de kansen op het vinden van werk, constateren onderzoekers van het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt van de Maastricht University in een woensdag verschenen rapport.
Uit analyses van de periode 2011 tot en met 2015 blijkt dat allochtone jongeren soms wel drie keer zo veel kans lopen werkloos te blijven als autochtone jongeren. De onderzoekers noemen dat de ‘etnische boete’. Die ontwikkeling kan het gevolg zijn van discriminatie, aldus het rapport, maar zou eveneens op andere nadelen op de arbeidsmarkt kunnen duiden, zoals verschillen in voorkeuren en gedrag bij het zoeken naar betaald werk.
De grotere kans op werkloosheid kan volgens het rapport nauwelijks verklaard worden door gekozen leerweg of studierichting in het mbo of hbo. Verder blijkt dat allochtone afgestudeerden op achterstand staan bij het zoeken van banen waarbij sterke contactuele vaardigheden vereist zijn. Bij beroepsopleidingen voor functies met een hoge klantgerichtheid is de kans op werkloosheid bij jongeren van niet-westerse herkomst ongeveer 3,5 keer zo hoog dan bij autochtone jongeren.
Ook wordt gewezen op het sociale netwerk dat kinderen van hoger opgeleide ouders bezitten en waarvan geprofiteerd kan worden bij het zoeken naar een baan.
(ANP)