De kans bestaat dat Mitt Romney de eerste Mormoonse president van de Verenigde Staten wordt. Het is een onderwerp dat door zowel Team Romney als Team Obama als taboe bestempeld is, omdat het om Romneys persoonlijk geloof gaat, een privé-zaak. Maar met het nieuws dat een Republikeinse Super PAC overwoog Obama’s radicale ex-dominee Jeremiah Wright er weer met de haren bij te slepen, wordt de vraag opgeworpen: wanneer gaan we het over Romneys geloof hebben?
Gevoelig onderwerp
Obama’s campagneadviseur David Axelrod verklaarde dat Romneys geloof “off limits” was. De zaak ligt gevoelig omdat Romney de kans loopt geconfronteerd te worden met aspecten van de Mormoonse geschiedenis die niet heel sympathiek liggen. Bijvoorbeeld polygamie, iets waar Romneys opa speciaal voor naar Mexico verhuisde, omdat het daar nog wel legaal was. Daarnaast is de discriminatie van zwarten door de vroege Mormoonse kerk een voor de hand liggend onderwerp in de race tegen Barack Obama. Beide praktijken zijn inmiddels al lange tijd afgeschaft. Maar over het algemeen wordt ook aangenomen dat vooral onder conservatieve christenen een Mormoon sowieso niet goed ligt, omdat Mormonen behalve de bijbel er nog een ander heilig geschrift op na houden, The Book Of Mormon. Ze zouden daarmee geen echte christenen zijn, maar een sekte. Maar wat weet de doorsnee Amerikaan anno 2012 nou over de Mormoonse kerk? En doet het er echt toe? Onderzoek toont aan dat er kansen liggen voor Romney de Mormoon.
Onbekend, onbemind?
De overgrote meerderheid van Amerikanen weet weinig (55 procent) tot niets (27 procent) van wat Mormonen geloven en hoe ze hun geloof praktiseren. Maar onder blanke, Evangelical Republikeinen stelde 53 procent wel dat Mormonen niet tot het christendom behoren, volgens een peiling van het Pew Research Center vorig jaar. Volgens hetzelfde onderzoek beweerde tweederde van de Amerikanen dat de kwestie hun stem niet zou beïnvloeden, terwijl een kwart aangaf minder geneigd te zijn om een Mormoonse kandidaat te steunen. Onder blanke Evangelicals gold dit voor een derde deel. In de voorverkiezingen had Romney inderdaad moeite om de conservatieve Evangelicals voor zich te winnen, vooral in het zuiden van het land. Maar daarmee is nog niet gezegd dat dit door zijn Mormoonse achtergrond komt. Romney stond ook bekend als een zwalkende, gematigde kandidaat die gewoon niet conservatief genoeg was, hoe hard hij dat ook probeerde te veinzen. En Mormoons of niet, tenslotte zouden conservatieve kiezers nog steeds eerder voor Mitt Romney kiezen dan Barack Obama. Zo onoverkomelijk is dat Mormoonse stigma dan in elk geval niet. De vraag rest: weerhoudt het Mormoon zijn er kiezers ook van om daadwerkelijk naar de stembus te komen?
Steun uit onverwachte hoek
Onderzoek van het vermaarde Brookings Institute dat onlangs uitkwam, biedt aanwijzingen dat de zorg over Romneys geloof wellicht overtrokken is. De campagnes zullen het onderwerp misschien vermijden, de verwachting is wel dat de media en randfiguren rond beide teams er bovenop zullen springen in de aanloop naar de algemene verkiezingen. De New York Times publiceerde in de afgelopen vier maanden al verschillende artikelen over de Mormoonse geschiedenis, politieke standpunten en zelfs Mormoonse kookkunst. Het Brookings Institute onderzocht of kiezers beïnvloed zouden kunnen worden door informatie over Romneys geloof. Uit hun onderzoek bleek dat niet het geval te zijn: geënquêteerden die geconfronteerd werden met Romneys geloof waren niet minder geneigd hem te steunen vergeleken met mensen die er niet mee werden geconfronteerd. Ook maakte het niet uit of ondervraagden informatie kregen die wees op de verschillen tussen Mormonen en andere christenen of informatie over de punten van overeenkomst. Wat wel opmerkelijk was dat onder conservatieven de steun voor Romney juist toenam als zij gewezen werden op het feit dat hij Mormoons was. Een onverwacht resultaat. En zelfs als ze gewezen werden op de verschillen met main stream christendom, maakte dat niet uit.
Authentieke Mormoon
Hoewel het Brookings onderzoek een slag om de arm houdt vanwege de beperkte steekproef, is er toch hoop dat Romneys geloof hem niet in de weg zal zitten, en zelfs wellicht in zijn voordeel kan spelen. Kampte in de jaren zestig John F. Kennedy nog met grote vooroordelen over het Katholicisme, anno 2012 spelen denominaties niet meer zo’n rol in Amerika. Het blijft een diep religieus land, maar gelovig zijn is het belangrijkste, je specifieke kerk lijkt er minder toe te doen. Een Mormoonse kandidaat wordt nog altijd minder erg gevonden dan een atheïstische. Volgens Gallup zou een atheïstisch kandidaat nog op de meeste bezwaren stuiten (49 procent weerstand), gevolgd door een homoseksuele (32 procent) en daarna pas een mormoon (22 procent). Maar dat de scheidslijnen tussen de kerken vervagen is duidelijk. Conservatieve, protestante Evangelicals schaarden zich dit jaar immers ook in grote getale achter Rick Santorum, die zelf katholiek is. Santorum was gewoon de meest geloofwaardige conservatieve kandidaat, terwijl Romney bleef strijden met een halfhartig, rijkeluis imago, iemand die meerdere malen van standpunt wisselde en geen band had met ‘echte mensen’. Maar wat betreft zijn kerk is hij altijd een standvastig Mormoons gelovige geweest: Hij drinkt geen koffie of thee, doneert altijd fors aan de Mormoonse kerk, en liet zich als jongeman een paar jaar op eigen kosten uitzenden naar Frankrijk waar hij ervaring opdeed met pastoraal werk onder gewone mensen met gewone problemen. Zijn zoons hebben hetzelfde gedaan en kregen als kind van zijn vrouw Ann, die door links ervan wordt beticht een verwende thuisblijfmoeder te zijn, elke dag vroeg in de ochtend om 06.00 (!) Mormoonse les samen met andere kinderen. Een authentieke, plichtsgetrouwe Mormoonse familie dus. Romney bidt, vast, en wil geen zondagochtenddienst missen. Zijn religieuze achtergrond zou een geweldig pluspunt kunnen zijn voor conservatieven. Als hij er voor durft uit te komen.