Opinie

Sid Lukkassen – Factchecker Reinier Kist (NRC) slaat de plank mis

14-03-2019 15:49

Reinier Kist publiceerde een stuk waarmee hij mijn uiteenzetting op de Tweede Kamer hoopt te ondermijnen. Daar hield ik een betoog over digitale inmenging, en waarschuwde voor het risico op censuur via sociale media. Het betoog van Kist begint zwak, dat wil zeggen: ideologisch bevooroordeeld. Al in de eerste alinea gebruikt hij de woorden “radicaalrechtse activist” en “rechtse publicist” – direct schaalt hij de framing op naar “uiterst rechts”. De toon is gezet: de linksliberale NRC-lezer moet weten, die Lukkassen staat niet aan onze kant, hij is waarschijnlijk niet objectief. En dit terwijl er wel tastbare signalen zijn (zie dit artikel door Gizmodo) dat ‘conservatieve’ input kritischer door moderatoren wordt bekeken.

De vraag is natuurlijk wie de scheidslijn tussen ‘nieuws’ en ‘sensatiebelust materiaal’ afbakent. De massa-aanrandingen in Keulen, bijvoorbeeld, waren tegelijk nieuws én sensatievol materiaal. Kist geeft toe dat dit demarcatiecriterium in het obscure ligt, maar in plaats van mijn pleidooi te ondersteunen dat er meer transparante inzage in dergelijk moderatiebeleid zou moeten komen, gooit hij het op: “dit is een bedrijfsgeheim dat we niet kunnen checken, dus Lukkassen verkoopt een complottheorie”. Neen – het kernpunt van mijn inbreng in de Tweede Kamer is juist dat dergelijk moderatiebeleid verdwijnt achter algoritmes, wat complottheorieën bij gebrek aan inzage aanwakkert.

Hij weekt één woord los uit de totale inzet van mijn inbreng in de Commissie BiZa, en spitst zich toe op hoe ‘authenticiteit’ moet worden vertaald – oftewel als ‘eigenheid’ oftewel als ‘echtheid’. Bronnen die dit in het juiste daglicht stellen, zoals de ‘community content’ richtlijnen van Facebook, de Wall of Shame van de Duitse advocaat Steinhöfel en de hoorzittingen met Mark Zuckerberg zelf, wimpelt hij af als ‘obscuur materiaal’. In deze woordkeus ‘obscuur materiaal’ hangt hij zijn journalistieke integriteit aan de wilgen, en laat hij zien dat hij op pad is met een ideologische agenda.

Kist hanteert helaas de stropop-tactiek. Ik heb bijvoorbeeld niet beweerd dat “factcheckers allemaal links zijn” – ik heb gezegd dat de tech-bubbel, volgens Mark Zuckerberg, een links bastion is. Dit antwoordde Zuckerberg op ondervragingen door Ted Cruz. Dat Kist deze informatie weglaat, is op zijn zachtst gezegd tendentieus. Toen Nigel Farage in het Europarlement gegevens noemde over de dalende zichtbaarheid van conservatieve accounts, verwees Zuckerberg naar ‘community content’ beleid. Juist dat is ondoorzichtig: gebruikers kunnen niet zien wat wordt ‘gedeboost’.

En dan opnieuw de ‘rechtsheid’, waar Kist in zijn slotalinea duidelijk op aanstuurt. Om zo wederom het frame van niet-objectiviteit te bekrachtigen. Loopt niet ook bijvoorbeeld linkse islamkritiek het gevaar te worden weggecensureerd bij teveel ophef? Ik denk sowieso dat iedere burger er belang bij heeft – of je nu sociaaldemocraat bent, conservatief of liberaal – dat wij als democratie zélf over de grenzen van meningsuiting en hate speech blijven gaan, en dit niet uitbesteden aan bedrijven.

Kist noemt het terecht dat polariserende berichten worden weggemodereerd, “dan moeten ze het maar verpakken in een andere toon en stijl”, maar polariserende meningen zijn binnen onze democratie nog altijd toegestane meningen. Of je het nu linksom of rechtsom bekijkt: het zou politici goed uitkomen wanneer sommige meningen worden weggemodereerd. Juist hierom hebben burgers de plicht om kritisch te zijn ten aanzien van tech-giganten, die via de sociale media intussen een centrale rol spelen bij het faciliteren van onze maatschappelijke debatten.

Mijn originele inbreng leest u hier terug.