Het hing al in de lucht: Annabel Nanninga en Joost Eerdmans beginnen een nieuwe partij: Juiste Antwoord 21 (JA21). Een opmerkelijk besluit. Vorige week zagen we de twee oprichters in een video vertellen dat ze aan het nadenken waren maar nog niets hadden besloten. Dat was wat ze in Den Haag ‘een proefballon’ noemen: je introduceert een idee in de hoop dat veel mensen erover gaan praten en dat je zo een beeld krijgt of het kans van slagen heeft. Dat er nauwelijks rumoer ontstond heeft bij Nanninga en Eerdmans echter geen alarmbellen doen afgaan. Vreemd.
De journalistiek wordt steeds armoediger omdat verslaggeving steeds sneller moet. Steeds vaker zijn artikelen slechts herhalingen van wat politici gezegd hebben in plaats van analyses van wat politici hebben gedaan of bereikt. Dat is goed te zien bij Eerdmans. Tijdens de Forum-crisis kwam ik twee prominente Haagse journalisten tegen die mij meldden dat Eerdmans het in Rotterdam ‘zo goed gedaan had’. Deze journalisten baseren zich kennelijk alleen op de media en zijn nog nooit in Rotterdam geweest. Onder zulke politieke junkies in het imago van Eerdmans redelijk: hij zegt weleens wat stevigs.
Maar maakt dat hem een goed politicus? De laatste tijd was Eerdmans bij Forum in trek omdat Baudet zó extreem werd dat er iemand nodig was om dat beeld wat te neutraliseren. Zo kwam Eerdmans tegen de wil van Baudet hoog op de kandidatenlijst te staan. Echt enthousiast was men echter niet en dat was al langer zo. De fameuze woorden van Henk Otten – ‘Waar Eerdmans komt, is het einde nabij’ – klinken ook na Ottens vertrek nog regelmatig. Reden: Eerdmans maakte er bij Leefbaar Rotterdam een zooitje van. In mijn boek over Forum – De partij dat ben ik – schrijf ik:
“De laatste jaren waren zwaar voor Eerdmans, die als Rotterdamse wethouder geen indruk maakte. De pers en de oppositie noemen hem steevast ‘chef lege dozen’, vanwege zijn vederlichte portefeuille. Eerdmans is geen geboren leider en kan oppositie in zijn eigen partij niet in goede banen leiden. Partijgenoten vinden hem ‘geen groot licht’, omdat hij politieke sensitiviteit, standvastigheid en een politieke antenne zou missen. Eigenlijk zou hij een ‘anti-leider’ zijn die ‘niet de snuggerste’ is. Hij lijkt op ‘een naïeve klassenvertegenwoordiger die geen vuile handen durft te maken’ en op ‘een carrièrezoeker.”
Deze passage is gebaseerd op het fantastische boek Stad van twee snelheden van Mark Hoogstad, waarin hij de Rotterdamse gemeentepolitiek doorlicht, inclusief het falen van Eerdmans als wethouder en partijleider van Leefbaar. Hoogstad is inmiddels overleden en daarmee is het geheugen over Eerdmans grotendeels weg. Zonder dat geheugen ziet het beeld er aardig uit: Eerdmans is een televisiepersoonlijkheid die rechtse meningen aan talkshowtafels verkondigt en ook mooie functies wist te veroveren. Dat hij als partijleider en wethouder niets presteerde is aan velen voorbijgegaan, terwijl het echt niet zo lang geleden is.
Als je wilt weten of Eerdmans een bindende persoonlijkheid is, moet je even kijken naar de electorale concurrent Code Oranje, die onder leiding van Richard de Mos ook aan de Tweede Kamerverkiezingen meedoet. Daar treffen we twee vertrouwde Leefbaar-gezichten: het na Eerdmans bekendste raadslid Tanya Hoogwerf, en Ingeborg Hoogveld, een oud-raadslid die door de interne chaos – lees: het gebrek aan leiderschap van Eerdmans – naast het wethouderschap greep. Ze zit nog steeds in het partijbestuur. Waarom gaat Leefbaar niet in zijn geheel achter Eerdmans staan, vraag je je af.
Bij JA21 moet het kennelijk allemaal van Nanninga komen. Ook hier wreekt zich de ellendige staat van de journalistiek. Nanninga is de meest ervaren politicus uit de Forum-boedel, want ze zit nu al twee en een half jaar in de Amsterdamse gemeenteraad. Veel serieuze evaluaties van haar werk zijn er niet. Het blijft net als bij Eerdmans al snel bij de analyse dat ze stevige meningen heeft, die erg goed op kan schrijven en ook overtuigende statements aan journalisten kan overbrengen. Het is allemaal heel amusant en er is ook absoluut een doelgroep voor. Die zou in Amsterdam zonder Nanninga niet worden bediend.
Maar bereikt Nanninga ook wat? Eigenlijk kan niemand haar concrete politieke successen benoemen. Natuurlijk is concreet resultaat lastig in de linkse gemeenteraad van de hoofdstad, maar het blijft een probleem. Immers: de aantrekkingskracht van JA21 zou moeten zijn dat de partij iets kan bereiken, in tegenstelling tot de grote concurrenten Forum en PVV, die zich beide feitelijk in een soort cordon sanitaire hebben gemanoeuvreerd en dus op voorhand met lege handen staan. JA21 drijft op de belofte dat Eerdmans en Nanninga dat anders gaan doen.
Nog zoiets: Nanninga zit ook al anderhalf jaar in de Provinciale Staten van Noord-Holland en de Eerste Kamer, maar op beide plekken is nog niets van enige relevantie van haar vernomen. Wederom niet vreemd, want het zijn bestuurslagen waarbij iedereen moet gapen, maar het gebrek aan zichtbare prestaties werkt niet mee het beeld te schetsen dat JA21 Nederland écht gaat veranderen. De overeenkomsten met vooral de PVV zijn groter dan de verschillen: schreeuwen kunnen we allemaal. En helaas voor Nanninga en Eerdmans: Wilders doet dat het beste en zal de meeste media-aandacht krijgen.
De voorgeschiedenis zegt natuurlijk niet alles, maar beide initiatiefnemers blinken niet uit in het vertalen van harde standpunten in hard beleid. Als Eerdmans en Nanninga zeggen dat het na de vele rechtse mislukkingen tijd wordt voor een stabiele partij op de rechterflank, kunnen we ze daar alleen maar gelijk in geven. Maar voorlopig hebben ze geen goed track record en waren de reacties op hun eerste aankondiging vorige week lauw. Ze hadden er misschien beter nog een nachtje over kunnen slapen.