Literair-vertaalster Marijke Emeis en basklarinettist en componist Joris Roelofs nemen in een dubbelinterview over vrije kunst voor Vrij Links uitgesproken stelling tegen de identiteitspolitiek en in hun ogen beperkte diversiteitsstrategie van activisten en progressieve partijen. “Het is een vreselijke denkfout om te zeggen: om zo divers mogelijk en inclusief te zijn, moeten we de vrijheid intomen. Kunst vraagt dubbele vrijheid: voor de kunstenaar de vrijheid om te maken wat hij of zij wil maken, voor de beschouwer de vrijheid om erin te zien wat je erin kunt of wilt zien.”
In 2019 omarmt minister Van Engelshoven de Code Diversiteit en Inclusie. De gedragscode die door de culturele en creatieve sector is opgesteld, getuigt volgens Roelofs van een oppervlakkige visie op diversiteit omdat de code te weinig aandacht heeft voor kansengelijkheid en voornamelijk om diversiteit in afkomst, kleur, sekse en gender draait. “Dat leidt helemaal niet tot diverse en vrije kunst. En omdat de sociaaleconomische factor wordt verwaarloosd, leidt het ook niet tot het bereiken van een diversere groep kunstenaars en publiek. Het leidt tot het tellen van identiteiten.” Hij noemt het zorgelijk dat progressieve partijen hierin meegaan.
“Links is nu, vanuit goeddoenerige onbeholpenheid, de vrijheid aan het inperken,” vult Emeis aan. “De beweging van dit moment leidt niet tot inclusie, maar tot uitsluiting.” Roelofs geeft aan dat het identiteitsactivisme de discussie bij voorbaat smoort, omdat debat alleen al een bepaalde onderdrukking in stand zou houden. “Die visie is echt hardnekkig. Ik denk dat dat paternalistische sensitiviteitsdenken funest is voor de vrijheid van menings- en kunstuiting, en dat juist progressief-links hier vraagtekens bij moet zetten.”
Emeis was in 1989 al met de vertaling van Salman Rushdies De duivelsverzen bezig, toen ayatollah Khomeini zijn fatwa uitsprak. Er braken wereldwijd rellen uit, de Japanse vertaler werd vermoord en er vonden bomaanslagen op Britse boekhandels plaats. Zelf kreeg Emeis ook met doodsbedreigingen te maken. Toch ervaart zij vooral de afgelopen tien jaar een toenemend gevoel van onvrijheid. “Ik vind de situatie nu veel slechter. Toen nam de omgeving mij op in een warm bad, maar in deze tijd word je door allerlei bewegingen buitengesloten als je je niet houdt aan wat een kleine luide groep als juist beschouwt.”