Het Nederlandse geneesmiddelenbijwerkingscentrum Lareb heeft tot in juni 2022 relatief veel meldingen ontvangen van schildklierproblemen na vaccinatie met het coronavaccin. In totaal registreerde Lareb 201 meldingen van schildklierproblemen na vaccinatie.
In 61% van de gevallen ontstonden de klachten na de eerste of de tweede vaccinatie met het mRNA-vaccin van Pfizer/BioNtech. Bij 62 meldingen is onduidelijk of men al schildklierproblemen had voor de vaccinatie. De problemen deden zich gemiddeld 18 dagen na vaccinatie voor, aldus Lareb.
In juni 2022 waren in Nederland ongeveer 36 miljoen coronavaccinaties geplaatst. Het aantal meldingen van schildklierproblemen na vaccinatie komt dan uit op iets meer dan 5,5 per miljoen gevaccineerden, verspreid over meerdere jaren.
Normaal gesproken ontwikkelt zich in Nederland per jaar bij drie tot zeventien mensen op de 10.000 een schildklierprobleem, zonder te zijn gevaccineerd. Dat zijn er tussen de 5400 en 30.600 per jaar. Hierdoor is het uiterst moeilijk een oorzakelijk verband aan te tonen tussen coronavaccinaties en schildklierproblemen.
Ook is er (nog) geen mechanisme bekend wat de schildklierproblemen na coronavaccinatie zou kunnen verklaren. Wel wordt in wetenschappelijke publicaties onder andere schildklierontsteking als bijwerking na coronavaccinatie beschreven. Overigens ook na vaccinatie tegen HPV, griep en Hepatitis B.
Lareb registreert alle meldingen van bijwerkingen na medicatiegebruik, zoals coronavaccinatie. Een melding van een bijwerking is niet hetzelfde als bewijs van bijwerking. Ook zeggen meldingen niets over een mogelijk verband tussen medicatie of vaccinatie en bijwerkingen.
