MOSKOU, 9 maart (Reuters) – Het Kremlin zei donderdag te betwijfelen of de aanvallen op de Nord Stream-pijpleidingen konden worden uitgevoerd zonder steun van de staat, nadat de New York Times had gemeld dat een pro-Oekraïense niet-gouvernementele groep mogelijk verantwoordelijk was voor de ontploffingen.
De woordvoerder van het Kremlin, Dmitry Peskov, zei dat het van vitaal belang was om vast te stellen wie er achter de aanslagen zat die in september vorig jaar de miljarden kostende pijpleidingen hebben beschadigd. Hij voegde eraan toe dat het onbegrijpelijk is dat Rusland zijn eigen infrastructuur opblaast.
“Wat betreft de pro-Oekraïense invalshoek, weet je, het idee dat een of andere Dr. Evil het heeft georganiseerd, dat is moeilijk te geloven. Het was een te moeilijke taak, waartoe waarschijnlijk alleen een goed getrainde speciale staatsdienst in staat was – en daar zijn er niet veel van in onze wereld,” zei Peskov toen hem naar het rapport werd gevraagd.
“We blijven een snel en transparant onderzoek eisen, we blijven eisen dat we mogen deelnemen aan dit onderzoek”, zei Peskov tegen verslaggevers tijdens een reguliere briefing van het Kremlin.
“Het is noodzakelijk om vast te stellen wie het heeft uitgevoerd en wie de opdracht heeft gegeven. Het plegen van een terroristische aanslag op een stuk kritieke internationale energie-infrastructuur is een te gevaarlijk precedent,” voegde hij eraan toe.
Peskov ontkende opnieuw de “absurde hypothese” dat Rusland zelf achter de aanvallen op zijn eigen infrastructuur zou zitten.
