Het aanbod aan kunst en cultuur in Amsterdam wordt uitgebreid. In haar Kunstenplan 2021-2024 maakt wethouder Touria Meliani (GroenLinks) ruimte voor nieuwe initiatieven en instellingen die tot nu toe nog niet of nauwelijks aan bod kwamen. Bestaande grote cultuurinstellingen kunnen plannen indienen, maar ook debutanten. Wat ze voorstellen moet voor iedereen toegankelijk zijn. Verder moeten kunst en cultuur beter over de stad worden gespreid, met name in wijken waar nu op dat vlak nog niet veel aanbod is. Kunst en cultuur kunnen bewoners verbinden en bijdragen aan betrokkenheid bij de eigen buurt, aldus de wethouder. Ze wil voorrang voor de wijken Noord, Zuidoost en Nieuw-West.
Hoofdstedelijk Forum voor Democratie-fractievoorzitter Annabel Nanninga denkt er het hare van:
Wauw. De kunstraad, die Amsterdamse cultuursubsidies verdeelt, wil ‘nulmetingen’ op kleur. Iedere keer als je denkt dat de bodem van de waanzin bereikt is, blijkt het gewoon allemaal nog gekker te kunnen. pic.twitter.com/0uBUmtk1h4
— Annabel Nanninga (@ANanninga) November 15, 2019
Meer cultuuruitingen mogen ‘s nachts gaan plaatsvinden. “De nacht biedt plek voor bijzondere (sub)culturen en vernieuwing, met name in de muziekscene”, schrijft Meliani. Ze wijst op bijvoorbeeld house en techno die “grotendeels zijn ontstaan in het Amsterdamse nachtleven”. Er worden cultuurcoaches aangesteld, die kinderen de weg gaan wijzen naar naschoolse talentontwikkeling, zoals dans- of muziekles. Dat aanbod komt bovenop wat kinderen op school al meekrijgen aan kunst en cultuur.
Twintig instellingen kunnen sowieso aanspraak maken op subsidie. Daaronder zijn het Amsterdam Museum, het Holland Festival, het Concertgebouworkest, Paradiso en het Stedelijk Museum. Daarnaast is er ruimte voor elf andere instellingen (onder meer dans, theater, museum), die zich met een voorstel kunnen melden.
Voor het Kunstenplan 2021-2024 maakt Amsterdam per jaar 134,5 miljoen euro vrij.
ANP/TPO
